Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
woensdag 22 maart 2023voor het nemen van een akte door de VvE over wat is vermeld in 4.4 van dit vonnis,
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele zaak heeft de rechtbank Noord-Holland zich gebogen over de aansprakelijkheid van de aannemer, Aannemingsmaatschappij De Geus B.V., voor de herstelkosten van vlonderplanken die zijn aangebracht in een recreatiecomplex. De eisende partij, de Vereniging van Eigenaren nabij [adres] te [plaats 1] (hierna: de VvE), heeft de aannemer aangesproken omdat de vlonderplanken in de loop der tijd krom zijn getrokken en gescheurd. De rechtbank heeft in deze tussenuitspraak nog niet beslist over de aansprakelijkheid van de aannemer, maar heeft bepaald dat eerst het partijdebat over de vervaltermijn moet worden gevoerd. De VvE mag zich schriftelijk uitlaten over deze vervaltermijn, waar de aannemer zich op beroept.
De procedure is gestart met een dagvaarding op 30 maart 2022, gevolgd door verschillende conclusies en een mondelinge behandeling op 21 november 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aannemer in 2016 het recreatiecomplex heeft opgeleverd en dat de VvE in 2019 voor het eerst heeft geklaagd over de gebreken aan de vlonderplanken. De aannemer heeft herstelwerkzaamheden uitgevoerd, maar de VvE heeft opnieuw gebreken geconstateerd en de aannemer aansprakelijk gesteld voor de herstelkosten, die zij op € 147.923,47 heeft begroot.
De rechtbank heeft in deze uitspraak de VvE de gelegenheid gegeven om te reageren op het verweer van de aannemer dat de vorderingen te laat zijn ingesteld op basis van de vervaltermijn in de algemene voorwaarden. De rechtbank heeft iedere verdere beslissing aangehouden in afwachting van de akte van de VvE.