In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 23 mei 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2]. De kinderrechter oordeelde dat de communicatie tussen de ouders van groot belang is voor de ontwikkeling van de kinderen. De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag en de kinderen wonen bij hun moeder. De kinderrechter heeft eerder, op 24 mei 2022, de kinderen onder toezicht gesteld tot 24 mei 2023. De gecertificeerde instelling De Jeugd- & Gezinsbeschermers heeft verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling, omdat de kinderen nog steeds in hun ontwikkeling worden bedreigd door de verstoorde communicatie tussen de ouders en de gedragsproblematiek van [de minderjarige 1]. Tijdens de mondelinge behandeling op 23 mei 2023 zijn zowel de vader als de moeder gehoord. De vader is tegen de verlenging van de ondertoezichtstelling, terwijl de moeder deze verlenging steunt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er positieve ontwikkelingen zijn in de communicatie tussen de ouders, maar dat de zorgen over de kinderen nog steeds aanwezig zijn. Daarom heeft de kinderrechter besloten de ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van een jaar, tot 24 mei 2024, en deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard.