Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, uitspraak gedaan op 17 maart 2023 in een beroep tegen een administratieve sanctie (boete) die aan betrokkene was opgelegd. De boete was opgelegd wegens het parkeren van een voertuig in een parkeerverbodszone, zoals aangegeven door bord E1. Betrokkene, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. M. Lagas van Appjection B.V. te Amsterdam, heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard.
Tijdens de zitting op 7 maart 2023 was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie was wel aanwezig en handhaafde de beslissing. De kantonrechter heeft na de zitting de zaak beoordeeld. Betrokkene voerde aan dat er geen parkeerplaatsen beschikbaar waren en deed een beroep op overmacht. De kantonrechter oordeelde echter dat er geen sprake was van een overmachtssituatie, aangezien een beperkt aanbod van parkeerplaatsen geen geldige reden is om de boete niet op te leggen. De kantonrechter concludeerde dat betrokkene een andere keuze had moeten maken en zijn voertuig op een verder weg gelegen parkeerplaats had moeten parkeren.
De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om vergoeding van proceskosten af, omdat het beroep ongegrond werd verklaard. De uitspraak werd gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.