Uitspraak
1.Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
2.Overwegingen
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 31 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De sanctie was het gevolg van het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden. Betrokkene had tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het beroep ongegrond had verklaard. De zitting vond plaats op 17 maart 2023, waar de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig was, maar de gemachtigde van betrokkene niet. Tijdens de zitting werd door de vertegenwoordiger van de officier van justitie aangegeven dat de verklaring van de verbalisant te summier was, en werd verzocht om het beroep gegrond te verklaren.
De kantonrechter heeft de argumenten van de vertegenwoordiger van de officier van justitie gevolgd en geoordeeld dat de verklaring van de verbalisant onvoldoende was om de boete te handhaven. De kantonrechter heeft het beroep gegrond verklaard, de beslissing van de officier van justitie vernietigd en bepaald dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene moet terugbetalen. Tevens is de officier van justitie veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van betrokkene, vastgesteld op een totaalbedrag van € 865,75. Dit bedrag zal worden uitbetaald door het Centraal Justitieel Incassobureau te Leeuwarden. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, en de griffier.