Uitspraak
1.Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
2.Overwegingen
“Was mijn vriendin aan het appen.”
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 17 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het fietsen. De betrokkene had eerder beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene het beroep bij de kantonrechter ingediend. Tijdens de zitting was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, terwijl de gemachtigde van de betrokkene niet verscheen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging, het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het fietsen, voldoende is komen vast te staan op basis van de verklaring van de verbalisant. De betrokkene had de gedraging niet ontkend op het moment van staandehouding, en de kantonrechter oordeelde dat de enkele ontkenning nadien niet voldoende was om aan de vaststelling van de gedraging te twijfelen. De kantonrechter zag geen aanleiding om de opgelegde boete te matigen en verklaarde het beroep ongegrond. Tevens werd het verzoek om vergoeding van proceskosten afgewezen.
De uitspraak benadrukt het belang van de verklaring van de verbalisant in WAHV-zaken en bevestigt dat de kantonrechter geen aanleiding zag om de boete te verlagen. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.