ECLI:NL:RBNHO:2023:4220

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
17 maart 2023
Publicatiedatum
10 mei 2023
Zaaknummer
10312236
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Matiging van een administratieve boete wegens onduidelijke parkeersituatie

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 17 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen voor het parkeren van een voertuig in een parkeerschijfzone, waar dit niet was toegestaan. De officier van justitie had het beroep van betrokkene ongegrond verklaard, waarna betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. Tijdens de zitting was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, evenals de heer Lesterhuis, die betrokkene vertegenwoordigde.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging niet werd ontkend door betrokkene en dat er geen feiten of omstandigheden waren die de verklaring van de verbalisant in twijfel trokken. Echter, de kantonrechter heeft ook overwogen dat er ter plaatse sprake was van een onduidelijke situatie, aangezien een deel van het parkeerterrein niet beschikbaar was door werkzaamheden en er meerdere voertuigen in een rij geparkeerd stonden. Gelet op deze omstandigheden heeft de kantonrechter besloten de boete te matigen tot € 50,00, met handhaving van de administratiekosten. De beslissing van de officier van justitie is gewijzigd en het beroep is gedeeltelijk gegrond verklaard.

De uitspraak houdt in dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene moet terugbetalen. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10312236 \ WM VERZ 23-45
CJIB-nummer : 248487922
Uitspraakdatum : 17 maart 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
1.2.
De zaak is behandeld op de zitting van 17 maart 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Namens betrokkene is de heer Lesterhuis ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

2.Overwegingen

2.1.
De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: als bestuurder een voertuig parkeren in een parkeerschijfzone (niet op zodanige aangeduide park.plts/langs blauwe streep).
2.2.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
2.3.
Nu de gedraging door betrokkene niet wordt ontkend en uit het dossier geen feiten of omstandigheden blijken die aanleiding geven te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant, is naar de overtuiging van de kantonrechter komen vast te staan dat de gedraging is verricht. Vervolgens dient de kantonrechter te beoordelen of er andere redenen zijn een boete achterwege te laten of het bedrag van de boete te matigen.
2.4.
De kantonrechter ziet in hetgeen namens betrokkene ter zitting is aangevoerd voldoende aanleiding om aan te nemen dat er ter plaatse sprake was van een onduidelijke situatie. Een deel van het parkeerterrein was wegens werkzaamheden niet beschikbaar en daarnaast stonden er meerdere auto’s ter plaatse in een rij geparkeerd. De boete zal om deze redenen worden gematigd tot € 50,00 (met handhaving van de administratiekosten).
Het beroep is gelet op de matiging gedeeltelijk gegrond. De beslissing van officier van justitie zal worden gewijzigd.
De uitspraak
De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gedeeltelijk gegrond;
‒ wijzigt de beslissing van de officier van justitie, in die zin dat de boete wordt gematigd tot een bedrag van € 50,00 (met handhaving van de administratiekosten);
‒ bepaalt dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terugbetaalt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: