ECLI:NL:RBNHO:2023:3601
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging gezamenlijk gezag ouders over minderjarige en toekenning eenhoofdig gezag aan de moeder
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 18 april 2023 uitspraak gedaan over het gezamenlijk gezag van de ouders over hun minderjarige kind. De rechtbank heeft vastgesteld dat de situatie tussen de ouders sinds het Raadsrapport van 27 september 2022 is verslechterd. De communicatie tussen de ouders is minimaal, en de vader reageert niet of moeilijk op verzoeken van de moeder om toestemming voor gezagsbeslissingen. Dit leidt tot een risico dat belangrijke beslissingen over de minderjarige niet tijdig genomen kunnen worden. De vader heeft al drie jaar geen fysiek contact met de minderjarige gehad, wat de rechtbank zorgwekkend acht. De moeder heeft geprobeerd om meer contact tussen de vader en de minderjarige te bevorderen, maar de vader toont geen initiatief en weigert hulpverlening. De Raad voor de Kinderbescherming heeft geadviseerd dat de ouders hulpverlening aangaan om hun communicatie te verbeteren, maar de vader heeft zich hier steeds van teruggetrokken. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank geoordeeld dat het in het belang van de minderjarige noodzakelijk is om het gezamenlijk gezag te beëindigen en de moeder met het eenhoofdig gezag te belasten. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte afgewezen.