Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, op 10 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen voor het stilstaan van een voertuig op een fietsstrook. Na het opleggen van de boete heeft betrokkene beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter, maar dit beroep is te laat ingediend. Volgens artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet een beroepschrift binnen zes weken na de beslissing van de officier van justitie worden ingediend. Betrokkene heeft het beroepschrift pas op 14 april 2021 ingediend, terwijl dit uiterlijk op 1 april 2021 had moeten zijn.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene geen redenen heeft aangevoerd waarom de termijnoverschrijding verschoonbaar zou moeten zijn. Artikel 6:11 Awb biedt de mogelijkheid om een te laat ingediend beroepschrift toch ontvankelijk te verklaren, maar alleen als er geen sprake is van verzuim aan de zijde van betrokkene. Aangezien betrokkene geen verklaring heeft gegeven voor de termijnoverschrijding, heeft de kantonrechter geen aanleiding gezien om hierop in te gaan. Hierdoor kon de kantonrechter niet overgaan tot een inhoudelijke beoordeling van het beroep.
De uitspraak van de kantonrechter was dan ook dat het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. Betrokkene heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de toezending van de uitspraak, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure voor hoger beroep is schriftelijk, tenzij anders verzocht.