Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
,
,
1.De procedure
- de dagvaarding, met bijlagen 1-5;
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie, met bijlagen 1-7.
2.De feiten
- [de minderjarige 1] , op [geboortedatum] te [plaats] , en
- [de minderjarige 2] , op [geboortedatum] te [plaats] .
3.Het geschil
- de vrouw te verplichten de in het ouderschapsplan opgenomen zorgregeling na te komen op straffe van een dwangsom van € 500 per dag of dagdeel met een maximum van € 100.000;
- de vrouw te verbieden de informatie zoals omschreven in de brief van haar advocaat aan de man van 7 februari 2023 – en daarmee verband houdende informatie – te verspreiden (aan de gemeenschap, de kinderen of anderen), op straffe van een dwangsom van € 2.000 per geuit bericht, met een maximum van € 200.000.
- de in het ouderschapsplan opgenomen zorgregeling te schorsen dan wel op te schorten;
- te bepalen dat de hoofdverblijfplaats van [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] bij haar zal zijn;
- te bepalen dat de man geen recht op contact met [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] heeft;
- de man te veroordelen in de kosten van deze procedure.