Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, uitspraak gedaan op 1 maart 2023 in een beroep tegen een niet-ontvankelijk verklaring van de officier van justitie. Betrokkene had een administratieve sanctie, in de vorm van een boete, opgelegd gekregen en heeft hiertegen beroep ingesteld. De officier van justitie verklaarde het beroep echter niet-ontvankelijk, waarop betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 21 februari 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was afwezig.
De kantonrechter heeft overwogen dat de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, het overschrijden van de snelheid met 5 km per uur binnen de bebouwde kom, niet ter discussie stond. Betrokkene had het beroep bij de officier van justitie te laat ingesteld, aangezien de termijn voor het indienen van een beroepschrift volgens de Algemene wet bestuursrecht zes weken bedraagt. Betrokkene stelde dat hij in het buitenland verbleef tijdens de relevante periode, maar de kantonrechter oordeelde dat hij geen sluitende verklaring had gegeven voor de termijnoverschrijding. Bovendien was het de verantwoordelijkheid van betrokkene om ervoor te zorgen dat zijn post hem bereikte.
De kantonrechter concludeerde dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was en dat de officier van justitie het beroep terecht niet-ontvankelijk had verklaard. Het beroep werd ongegrond verklaard, waardoor er geen inhoudelijke behandeling van de zaak plaatsvond. De uitspraak werd gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.