Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 31 januari 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene wegens het negeren van een geslotenverklaring (bord C2) in de gemeente Zaanstad. Betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting waren zowel betrokkene als zijn bewindvoerder aanwezig, evenals de vertegenwoordiger van de officier van justitie.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene op 19 november 2021 twee keer een geslotenverklaring heeft genegeerd, zoals blijkt uit het proces-verbaal van de verbalisant. Betrokkene stelde dat hij het verbodsbord niet had gezien en dat hij binnen korte tijd twee boetes had ontvangen voor dezelfde overtreding. De gemachtigde van betrokkene verzocht om één van de boetes kwijt te schelden, mede gezien de financiële situatie van betrokkene.
De kantonrechter oordeelde dat de boete terecht was opgelegd, maar dat er aanleiding was om de boete te matigen tot nihil, omdat betrokkene voldoende aannemelijk had gemaakt dat hij onvoldoende draagkrachtig was om het volledige bedrag te betalen. De beslissing van de officier van justitie werd gewijzigd, en het beroep werd gedeeltelijk gegrond verklaard. De kantonrechter bepaalde dat het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling had betaald, aan hem moest worden terugbetaald.