ECLI:NL:RBNHO:2023:2600
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een wrakingsverzoek tegen een rechter in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft verzoeker op 15 februari 2023 een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. L.M. de Vries, de rechter die belast is met de behandeling van zijn bestuursrechtelijke zaak tegen de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Verzoeker was van mening dat de rechter niet onpartijdig kon oordelen, omdat deze kennis had van twee aan elkaar gerelateerde zaken, wat volgens verzoeker zou kunnen leiden tot bevooroordeling. Het wrakingsverzoek werd op 23 februari 2023 behandeld in een openbare zitting van de wrakingskamer, waar verzoeker, de rechter en de wederpartij in de hoofdzaak de gelegenheid kregen om hun standpunten naar voren te brengen. De rechter heeft aangegeven dat zij de zaken nog niet inhoudelijk had bekeken en dat de keuze om de zaken al dan niet te voegen aan verzoeker was. De wrakingskamer heeft de argumenten van verzoeker beoordeeld en geconcludeerd dat er geen feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de kennis van beide zaken niet automatisch leidt tot een vermoeden van partijdigheid. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking afgewezen en het proces in de hoofdzaak voortgezet.