In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 9 maart 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het verbod van de Opiumwet. De verdachte, geboren op een onbekende datum en zonder bekende woon- of verblijfplaats, was op het moment van de zitting gedetineerd in P.I. Zuid Oost. De tenlastelegging betrof het opzettelijk binnenbrengen van een hoeveelheid metamfetamine (Crystal Meth) op 22 november 2022 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. Tijdens de zitting heeft de officier van justitie gerekwireerd tot bewezenverklaring van het feit, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte niet op de hoogte was van de inhoud van de koffer die zij vervoerde.
De rechtbank heeft op basis van het bewijs, waaronder WhatsApp-berichten tussen de verdachte en medeverdachten, geconcludeerd dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking. De verdachte had de koffer ingecheckt zonder de inhoud te controleren, terwijl zij wist dat zij iets zou meebrengen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte op zijn minst voorwaardelijk opzet had op de invoer van de metamfetamine. Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte schuldig bevonden aan het medeplegen van het ten laste gelegde feit en een gevangenisstraf van 30 maanden opgelegd, rekening houdend met de jeugdige leeftijd en persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
De rechtbank heeft de strafmaat gemotiveerd door te verwijzen naar de ernst van het feit, de hoeveelheid drugs en de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd. De verdachte had zich samen met medeverdachten schuldig gemaakt aan de opzettelijke invoer van meer dan 10.000 gram metamfetamine, wat schadelijk is voor de gezondheid en vaak gepaard gaat met andere vormen van criminaliteit. De rechtbank heeft de oriëntatiepunten voor strafoplegging in acht genomen en besloten tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 30 maanden, met aftrek van het voorarrest.