Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
6.Motivering van de sanctie
7.Toepasselijke wettelijke voorschriften
8.Beslissing
30 (dertig) MAANDEN.
Rechtbank Noord-Holland
Op 9 maart 2023 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het verbod van de Opiumwet. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 22 november 2022 op Schiphol, waar de verdachte samen met medeverdachten een hoeveelheid metamfetamine (Crystal Meth) het land in probeerde te smokkelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. Tijdens de zitting op 23 februari 2023 heeft de officier van justitie bewezenverklaring van het feit gevorderd, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte niet op de hoogte was van de inhoud van de koffer die zij vervoerde. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verdachte, door de koffer niet te controleren, bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat zich in de koffer iets anders bevond dan geld. De rechtbank concludeerde dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en haar medeverdachten, wat het medeplegen van de invoer van metamfetamine bewezen verklaarde. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 30 maanden, rekening houdend met haar jeugdige leeftijd en persoonlijke omstandigheden.