ECLI:NL:RBNHO:2023:2286

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
21 februari 2023
Publicatiedatum
15 maart 2023
Zaaknummer
10300534 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Matiging van een administratieve boete voor parkeren op een vergunninghoudersplaats

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 21 februari 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De boete was opgelegd wegens het parkeren van een voertuig op een parkeerplaats voor vergunninghouders, in strijd met de aan de vergunning verbonden voorwaarden. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 15 februari 2023 waren zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig.

Betrokkene erkende de gedraging, maar voerde aan dat hij bezig was met laden en lossen. De kantonrechter oordeelde echter dat er geen sprake was van laden en lossen, omdat dit onmiddellijk en in de nabijheid van het voertuig moet plaatsvinden. Betrokkene was in dit geval in huis bij zijn zus om boodschappen uit te laden, wat niet onder de definitie van laden en lossen valt. De kantonrechter concludeerde dat betrokkene een vergunning of bezoekersschijf had moeten gebruiken en dat het niet naleven hiervan voor zijn risico kwam.

Desondanks heeft de kantonrechter, rekening houdend met de specifieke omstandigheden van het geval, besloten de boete te matigen tot € 50,00, met handhaving van de administratiekosten. Het beroep werd gedeeltelijk gegrond verklaard en de beslissing van de officier van justitie werd gewijzigd. De kantonrechter bepaalde ook dat het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling had betaald, aan hem moest worden terugbetaald. De uitspraak werd gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10300534 \ WM VERZ 23-37
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 21 februari 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 15 februari 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: voertuig parkeren op parkeerplaats voor vergunninghouders in strijd met de aan de vergunning verbonden voorwaarden.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
Betrokkene heeft de gedraging erkend, zodat deze is komen vast te staan. Betrokkene doet een beroep op de omstandigheden van het geval en stelt dat er sprake was van laden en lossen. Van laden en lossen was naar het oordeel van de kantonrechter geen sprake. Dit moet namelijk onmiddellijk en in de nabijheid van het voertuig. Betrokkene was in huis bij zijn zus om boodschappen uit te laden, dit valt niet onder laden en lossen. Betrokkene had dan ook een vergunning of bezoekersschijf moeten neer leggen. Dat betrokkene dit niet heeft gedaan komt op zichzelf dan ook voor zijn risico.
De kantonrechter ziet echter wel in de omstandigheden van dit specifieke geval aanleiding om de boete te matigen tot € 50,00, met handhaving van de administratiekosten. Het beroep is gelet op de matiging gedeeltelijk gegrond. De beslissing van officier van justitie zal worden gewijzigd.
De uitspraak
De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gedeeltelijk gegrond;
‒ wijzigt de beslissing van de officier van justitie, in die zin dat de boete wordt gematigd tot een bedrag van € 50,00 (met handhaving van de administratiekosten);
‒ bepaalt dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terugbetaalt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: