In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 21 februari 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling (TBS) van de betrokkene, die in de Forensisch Psychiatrische Kliniek Inforsa verblijft. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene, die niet aanwezig was op de zitting, wel in staat is om te komen, maar zich verzet tegen medebrenging. De rechtbank heeft daarom het bevel tot medebrenging ingetrokken. Tijdens de zitting was er een videoverbinding met de kliniek, maar de betrokkene heeft hiervan geen gebruik gemaakt. De rechtbank heeft kennisgenomen van de processtukken en eerdere zittingen, waarbij de betrokkene niet verscheen vanwege teleurstelling in de verlengingsadviezen.
De rechtbank heeft het advies van de kliniek in overweging genomen, waarin werd gesteld dat de betrokkene gediagnosticeerd is met een schizo-affectieve stoornis en dat er een behandelimpasse is ontstaan. Recentelijk heeft de betrokkene een geweldsincident in de kliniek gehad en een suïcidepoging ondernomen, wat heeft geleid tot opname op de crisisafdeling. De deskundige van de kliniek heeft verklaard dat de situatie van de betrokkene niet ten goede is gewijzigd en dat de tbs-maatregel met twee jaren moet worden verlengd.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen een verlenging van de terbeschikkingstelling vereisen. Gezien de ernst van de feiten en het recidiverisico, heeft de rechtbank besloten de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaren te verlengen, zoals geadviseerd door de kliniek. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen.