Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 08 december 2020 te Heeswijk-Dinther, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in en/of bij en/of tegen de gevel van een (Poolse) supermarkt, gelegen aan het Raadhuisplaza 10,
en/of
terwijl daarvan levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen in de omgeving van voornoemd pand te duchten was;
en/of
terwijl daarvan levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen in de omgeving van voornoemd pand te duchten was,
hij op of omstreeks 09 december 2020 te Beverwijk, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in en/of bij en/of tegen de gevel van een (Poolse) supermarkt, gelegen aan de Beverhof 17,
- heeft hij, verdachte, [medeverdachte N.] het adres van voornoemde supermarkt gegeven en/of
- heeft hij, verdachte, [medeverdachte N.] gevraagd en/of geïnstrueerd voornoemde perso(o)n(en) in een voertuig naar een plek in de buurt van voornoemde supermarkt te brengen en/of (daar) in dat voertuig op (de terugkeer van) voornoemde perso(o)n(en) te wachten;
hij op of omstreeks 12 december 2020 te Beverwijk, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in en/of bij en/of tegen de gevel van een (Poolse) supermarkt, gelegen aan de Beverhof 17,
- heeft hij, verdachte, [medeverdachte A.] (daarvoor) één of meerdere beloning(en) beloofd en/of toegezegd en/of - heeft hij, verdachte, [medeverdachte A.] beloofd en/of toegezegd en/of voor hem geregeld dat [medeverdachte A.] (in de nacht van de voorgenomen ontploffing) door een chauffeur in een voertuig (van huis) zou worden opgehaald en/of
- heeft hij, verdachte, [medeverdachte A.] verteld en/of geïnstrueerd waar voornoemde supermarkt was en/of hoe de ontploffing teweeg diende te worden gebracht en/of
- heeft hij, verdachte, [medeverdachte O.] gevraagd en/of geïnstrueerd [medeverdachte A.] (in de nacht van de voorgenomen ontploffing) (van huis) op te halen en/of naar een plek in de buurt van voornoemde supermarkt te brengen en/of (daar) in dat voertuig op (de terugkeer van) [medeverdachte A.] te wachten.
2.Voorvragen
3.Inleiding
4.Beoordeling van het bewijs
hij op 8 december 2020 te Heeswijk-Dinther, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht bij een Poolse supermarkt, gelegen aan de Raadhuisplaza 10,
levensgevaar voor anderen in de omgeving van voornoemd pand te duchten was;
hij op 9 december 2020 te Beverwijk, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in of bij een Poolse supermarkt, gelegen aan de Beverhof 17,
hij op 12 december 2020 te Beverwijk, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in een Poolse supermarkt, gelegen aan de Beverhof 17,
5.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
6.Strafbaarheid van de verdachte
7.Motivering van de sanctie
first offender is, zich bevindt in een herstelproces met zijn gezin en een baan heeft met een vast contract. De verdediging heeft de rechtbank verder verzocht, in geval van een veroordeling, aan te sluiten bij het LOVS-oriëntatiepunt van twee jaar gevangenisstraf voor een plofkraak en een gevangenisstraf op te leggen waarvan het onvoorwaardelijk [medeverdachte D.] gelijk is aan de duur van het reeds ondergane voorarrest in combinatie met een voorwaardelijk [medeverdachte D.] met daaraan verbonden een proeftijd en bijzondere voorwaarden, eventueel aangevuld met een taakstraf.
- het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie, gedateerd 20 december 2022 waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder voor een strafbaar feit is veroordeeld. Evenmin is gebleken dat de verdachte nieuwe feiten heeft begaan, nadat op 20 juli 2022 de voorlopige hechtenis van de verdachte is geschorst;
- het voorlichtingsrapport, gedateerd 11 januari 2023, opgesteld door [naam] , als reclasseringswerkster verbonden aan Reclassering Nederland te Amsterdam waaruit blijkt dat de reclassering het risico op recidive als laag inschat.
8.Vorderingen van benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
€ 16.640,00 investeringen in inventaris in 2020
€ 38.846,61 winkelvoorraad
€ 52.500,00 omzetderving (20% van de door de boekhouder berekende € 262.500,00)
€ 372,00 kosten opruimen afval
€ 4.800,00 kosten beveiliging en rolluik
€ 7.367,00huurkosten
€ 151.126,86 totaal materiële schade
Voor de verrichte werkzaamheden wordt uitgegaan van twee punten, namelijk één punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en één punt voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen.
.
Voor de verrichte werkzaamheden worden twee punten toegekend, namelijk 1 punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en 1 punt voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen. Nu deze benadeelde partij eenzelfde vordering aan immateriële schade heeft ingediend bij twee andere explosies bij supermarkten, ziet de rechtbank aanleiding om per feit 1/3 van de proceskosten (in totaal € 660,00) toe te wijzen, derhalve een bedrag van € 220,00
.
€ 24.299,94 verlies huurgenot in verband met sluiting van het pand op last van de
Voor de verrichte werkzaamheden worden drie punten toegekend, namelijk 1 punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en 2 punten voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen, zodat de rechtbank als proceskosten zal toewijzen een bedrag van € 3.549,00
.
Voor de verrichte werkzaamheden worden twee punten toegekend, namelijk één punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en één punt voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen. Nu deze benadeelde partij eenzelfde vordering aan immateriële schade heeft ingediend bij twee andere explosies bij supermarkten, ziet de rechtbank aanleiding om per feit 1/3 van de proceskosten (in totaal € 660,00) toe te wijzen, derhalve een bedrag van € 220,00
.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
8 (acht) jaren.
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 1] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 2] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 3]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 3] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 3] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 4]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 4] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[naam besloten vennootschap]geleden schade tot een bedrag van
€ 45.331,41(zegge: vijfenveertigduizend driehonderdéénendertig euro en eenenveertig cent) als vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [naam besloten vennootschap] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [naam besloten vennootschap] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 45.331,41 (zegge: vijfenveertigduizend driehonderdéénendertig euro en eenenveertig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 213 (tweehonderddertien) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 2] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
[slachtoffer 3] ,geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 3] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 3] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro)n bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
[slachtoffer 4] ,geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 4] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 21 (eenentwintig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.