Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 08 december 2020 te Heeswijk-Dinther, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in en/of bij en/of tegen de gevel van een (Poolse) supermarkt, gelegen aan het Raadhuisplaza 10,
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
immers
- heeft hij, verdachte, voornoemde persoon met een voertuig uit Osdorp opgehaald en/of
- heeft hij, verdachte, deze persoon naar een plek in de omgeving van voornoemde supermarkt gebracht en/of (daar) afgezet en/of
- heeft hij, verdachte, (daar) in dat voertuig op (de terugkeer van) die persoon gewacht (teneinde die persoon weer terug naar Amsterdam te brengen);
hij op of omstreeks 09 december 2020 te Beverwijk, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht in en/of bij en/of tegen de gevel van een (Poolse) supermarkt, gelegen aan de Beverhof 17,
- heeft hij, verdachte, (daar) in dat voertuig op (de terugkeer van) voornoemde perso(o)n(en) gewacht en/of
- heeft hij, verdachte, voornoemde perso(o)n(en) vanuit Beverwijk (vervolgens) (terug) naar Amsterdam gebracht.
2.Voorvragen
3.Inleiding
4.Beoordeling van het bewijs
- voornoemde persoon met een voertuig uit Osdorp opgehaald en
- deze persoon naar een plek in de omgeving van voornoemde supermarkt gebracht en daar afgezet en
- daar in dat voertuig op de terugkeer van die persoon gewacht teneinde die persoon weer terug naar Amsterdam te brengen;
- voornoemde perso(o)n(en) in een voertuig vanuit Amsterdam naar een plek in de buurt van voornoemde supermarkt gebracht en
- daar in dat voertuig op de terugkeer van voornoemde perso(o)n(en) gewacht en
- voornoemde perso(o)n(en) vanuit Beverwijk vervolgens terug naar Amsterdam gebracht.
5.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
6.Strafbaarheid van de verdachte
7.Motivering van de sanctie
- het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie, gedateerd 15 december 2022. Hieruit blijkt dat de verdachte niet eerder voor een dergelijk feit is veroordeeld;
- de adviezen van Reclassering Nederland, gedateerd 26 juli 2021, 14 september 2021 en 11 februari 2022, en het Integraal Evaluatieverslag van 12 januari 2023.
8.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
€ 16.640,00 investeringen in inventaris in 2020
€ 38.846,61 winkelvoorraad
€ 52.500,00 omzetderving (20% van de door de boekhouder berekende € 262.500,00)
€ 372,00 kosten opruimen afval
€ 4.800,00 kosten beveiliging en rolluik
€ 7.367,00huurkosten
€ 151.126,86 totaal materiële schade
Voor de verrichte werkzaamheden wordt uitgegaan van twee punten, namelijk één punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en één punt voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen.
.
Voor de verrichte werkzaamheden worden twee punten toegekend, namelijk 1 punt voor het opstellen en indienen van de verschillende pleitnota’s en 1 punt voor het bijwonen van de behandeling op meerdere zittingsdagen. Nu deze benadeelde partij eenzelfde vordering aan immateriële schade heeft ingediend bij twee andere explosies bij supermarkten, ziet de rechtbank aanleiding om per feit 1/3 van de proceskosten (in totaal € 660,00) toe te wijzen, derhalve een bedrag van € 220,00
.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
48 (achtenveertig) maanden, met bevel dat van deze straf een gedeelte, groot 12 (twaalf) maanden,
nietten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 1] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 30 (dertig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 2] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 30 (dertig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 3]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 3] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 3] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 30 (dertig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
[slachtoffer 4]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.000,00(zegge: tweeduizend euro) als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
schadevergoedingsmaatregelten behoeve van slachtoffer [slachtoffer 4] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 30 (dertig) dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2020 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.