ECLI:NL:RBNHO:2023:14145

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
27 oktober 2023
Publicatiedatum
19 april 2024
Zaaknummer
10702340 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve boete wegens verkeersvoorschriften

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, op 27 oktober 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve boete die aan betrokkene was opgelegd. De boete was opgelegd wegens het niet zoveel mogelijk rechts houden op een autoweg of autosnelweg. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, maar deze werd ongegrond verklaard. Vervolgens heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 27 oktober 2023 waren zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig.

Betrokkene voerde aan dat er meerdere afslagen naar links waren en dat de weg op dat moment rustig was, wat volgens hem een reden was om niet beboet te worden. De vertegenwoordiger van de officier van justitie handhaafde echter de beslissing en verzocht de kantonrechter om het beroep ongegrond te verklaren. De kantonrechter overwoog dat de politieambtenaar een discretionaire bevoegdheid heeft bij het opleggen van een boete, maar dat er in dit geval geen feiten of omstandigheden waren die aanleiding gaven om van het opleggen van de boete af te zien. De kantonrechter concludeerde dat de boete terecht was opgelegd, aangezien betrokkene over een afstand van 2 kilometer op de linker rijstrook had gereden zonder verkeer op de rechter rijstrook.

De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en deze uitspraak werd gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, in het openbaar. Tegen deze uitspraak kan binnen 6 weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure voor hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10702340 \ WM VERZ 23-601
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 27 oktober 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve boete (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 27 oktober 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: niet zoveel mogelijk rechts houden op een autoweg of autosnelweg.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft aangevoerd dat er meerdere afslagen naar links zijn en de weg is niet zodanig voor andere weggebruikers om daar links voorbij te knallen. Het was een zondagochtend en ook erg rustig op de weg. Het is schandalig om hiervoor staande te houden en te beboeten.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.
Een daartoe bevoegde politieambtenaar heeft ter zake van het opleggen van een boete in de zin van een WAHV een zekere discretionaire bevoegdheid. De politieambtenaar kan afhankelijk van omstandigheden van het geval afzien van het opleggen van een boete. In dit geval is niet gebleken van feiten of omstandigheden op grond waarvan de verbalisant had moeten afzien tot het opleggen van de boete. De boete is dus terecht opgelegd. De verbalisant heeft verklaard dat betrokkene over een afstand van 2 kilometer op de linker rijstrook reed, terwijl er geen verkeer was op de rechter rijstrook. De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: