ECLI:NL:RBNHO:2023:14116

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
23 juni 2023
Publicatiedatum
26 maart 2024
Zaaknummer
10475390 \ WM VERZ 23-733
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 23 juni 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar de betrokkene zelf was niet verschenen.

De kantonrechter heeft de zaak behandeld en de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, werd door de verbalisant bevestigd. De betrokkene voerde aan dat hij de boete niet terecht had gekregen, omdat hij de telefoon niet in zijn handen had. De kantonrechter oordeelde echter dat de waarneming van de verbalisant betrouwbaar was en dat er geen reden was om aan deze waarneming te twijfelen. De kantonrechter concludeerde dat de gedraging voldoende was komen vast te staan en dat de boete terecht was opgelegd.

De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien om de boete te matigen. De uitspraak werd gedaan door mr. M.P.E. Oomens, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknummer : 10475390 \ WM VERZ 23-733
CJIB-nummer : [Nummer]
Uitspraakdatum : 23 juni 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) en proces-verbaal van de zitting
in de zaak van
naam : [Betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats] (hierna te noemen: betrokkene)

Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 23 juni 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.
De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: als bestuurder tijdens het rijden een mobiel elektronisch apparaat vasthouden.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift kort samengevat aangevoerd dat hij de boete twee keer eerder heeft gehad. Deze waren terecht en betrokkene heeft er van geleerd. Als hij de telefoon moet opnemen doet hij dat met de bediening in de auto. De agent vertelde dat hij het licht zag van een scherm. Betrokkene begrijpt niet hoe de agent heeft gezien dat dit dan zijn telefoon was. Betrokkene had geen telefoon in zijn handen.
De gegevens waarop de ambtenaar zich bij de oplegging van de sanctie heeft gebaseerd, zijn opgenomen in het zaakoverzicht. Het zaakoverzicht bevat, naast de informatie die in de inleidende beschikking is vermeld, onder meer de volgende gegevens:
"Gedragingsgegevens: ik zag dat de bestuurder tijdens het rijden een mobiele telefoon met de rechterhand vasthield. Verbalisant reed in een opvallend dienstvoertuig en reed langs de betrokkene in zijn voertuig. Tijdens het passeren zag ik dat de bestuurder een mobiele telefoon in zijn rechterhand had. Aangezien het donker was zag ik duidelijk het opgelichte scherm. Toen ik kort langs naast de bestuurder reed zag ik dat de bestuurder zijn arm naar beneden deed en dat het verlichte scherm omlaag ging. “(…)
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd geen aanleiding om te twijfelen aan de waarneming van de verbalisant. Verbalisanten zijn getraind om dit soort waarnemingen te doen. Hiermee is naar het oordeel van de kantonrechter de gedraging voldoende komen vast te staan. Hetgeen betrokkene tegenover deze verklaring heeft aangevoerd, is onvoldoende om aan de verklaring van de verbalisant te twijfelen. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.P.E. Oomens, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: