In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 12 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene wegens het niet zoveel mogelijk rechts houden op een autoweg of autosnelweg. De betrokkene had eerder beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De zaak werd behandeld op de zitting van 1 september 2023, waar zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als de betrokkene aanwezig waren.
De betrokkene betwistte de gedraging en vroeg om bewijs in de vorm van een foto. De kantonrechter oordeelde echter dat de verklaring van de verbalisant voldoende bewijs bood voor de gedraging. De kantonrechter concludeerde dat de betrokkene onvoldoende feiten en omstandigheden had aangevoerd om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. Daarom werd de boete terecht opgelegd en was er geen aanleiding om deze te matigen.
De uitspraak van de kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond. De betrokkene heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de toezending van de uitspraak. Hoger beroep is alleen mogelijk als de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.