ECLI:NL:RBNHO:2023:14051

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
1 september 2023
Publicatiedatum
23 februari 2024
Zaaknummer
10619015 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen opgelegde administratieve sanctie wegens parkeren zonder parkeerschijf

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 1 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene voor het parkeren van een motorvoertuig op meer dan twee wielen bij een blauwe streep zonder een duidelijk geplaatste parkeerschijf. Betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 1 september 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, evenals mevrouw C.Y. Middelman, die betrokkene vertegenwoordigde. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en is tot de conclusie gekomen dat niet is komen vast te staan dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. De verbalisant had in een proces-verbaal op 13 juni 2023 verklaard dat de beschikking niet bekend was in het systeem van de gemeente Dijk en Waard, en de door de officier van justitie opgevraagde gegevens waren binnen de gemeente niet bekend.

Gezien deze omstandigheden heeft de kantonrechter betrokkene het voordeel van de twijfel gegeven. Aangezien de gedraging niet vaststaat, is de boete ten onrechte opgelegd. De kantonrechter heeft het beroep gegrond verklaard, de beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de boete is opgelegd vernietigd, en bepaald dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan hem terugbetaalt. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. D.D.M. Hazeu, kantonrechter, bijgestaan door de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10619015 \ WM VERZ 23-503
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 1 september 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]
[gemachtigde]

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 1 september 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Mevrouw C.Y. Middelman is namens betrokkene ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: motorvoertuig op meer dan twee wielen parkeren bij blauwe streep terwijl niet is voorzien van een duidelijke geplaatste parkeerschijf.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd. Betrokkene stelt dat de parkeerschijf aanwezig en geplaatst was. De schijf is echter waarschijnlijk bij het uitstappen op de grond gevallen. Bij het verlaten van de winkel stonden er twee handhavers bij de auto. Betrokkene heeft gesteld dat hij ter plekke aan de handhavers heeft laten zien dat de parkeerkaart op de bodem van de auto lag.
De kantonrechter is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de gedraging is verricht. Daarbij is van belang dat de verbalisant in een op 13 juni 2023 opgemaakt proces-verbaal heeft verklaard dat de beschikking niet bekend is in het systeem van de gemeente Dijk en Waard en de door de officier van justitie opgevraagde gegevens binnen de gemeente niet bekend zijn. Betrokkene krijgt daarom het voordeel van de twijfel. Nu de gedraging niet vaststaat, is de boete ten onrechte opgelegd.
Het beroep is daarom gegrond. De beschikking waarbij de boete is opgelegd en de beslissing van officier van justitie zullen worden vernietigd.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gegrond;
‒ vernietigt de beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de
boete is opgelegd;
‒ bepaalt dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terugbetaalt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. D.D.M. Hazeu, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: