Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, op 7 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een beslissing van de officier van justitie met betrekking tot de hoogte van de proceskostenvergoeding. De zaak betreft een administratieve sanctie opgelegd aan Bouwma Bouwmachines B.V., die hiertegen beroep heeft ingesteld. De officier van justitie had een kostenvergoeding van € 447,75 toegewezen, waartegen de gemachtigde van betrokkene bezwaar maakte. Tijdens de zitting op 25 augustus 2023 was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie verdedigde de beslissing en stelde dat de zaken terecht als samenhangend waren behandeld, gezien de identieke pro forma beroepen.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de zaak als samenhangend kan worden beschouwd met vijf andere zaken, waarbij in alle gevallen een gelijkluidend beroepschrift was ingediend. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen nadere gronden waren ingediend en dat de zaken om dezelfde reden gegrond waren verklaard. Op basis van deze overwegingen heeft de kantonrechter het beroep tegen de proceskostenvergoeding ongegrond verklaard en het verzoek om vergoeding van kosten afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. D.D.M. Hazeu, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.