ECLI:NL:RBNHO:2023:14033

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 augustus 2023
Publicatiedatum
23 februari 2024
Zaaknummer
10606941 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 25 augustus 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene wegens een snelheidsovertreding. Betrokkene had een boete ontvangen voor het rijden van 6 km per uur harder dan toegestaan op een (auto)weg buiten de bebouwde kom. Tegen de opgelegde boete heeft betrokkene beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 25 augustus 2023 is betrokkene verschenen, evenals de vertegenwoordiger van de officier van justitie. Betrokkene betwistte de juistheid van de snelheidsovertreding en voerde aan dat de meetapparatuur mogelijk verkeerd was afgesteld, omdat op de foto van de gedraging zou staan dat hij tegelijkertijd op twee rijstroken reed. De vertegenwoordiger van de officier van justitie handhaafde echter de beslissing en verzocht de kantonrechter om het beroep ongegrond te verklaren.

De kantonrechter heeft de foto van de gedraging en de overgelegde stukken beoordeeld. De meting was uitgevoerd met een goedgekeurde radarsnelheidsmeter en de snelheid was gecorrigeerd volgens de vastgestelde normen. De kantonrechter concludeerde dat de meting correct was en dat er geen reden was om aan de juistheid van de boete te twijfelen. Daarom werd het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak werd gedaan door mr. D.D.M. Hazeu, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10606941 \ WM VERZ 23-494
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 25 augustus 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 25 augustus 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: 6 km per uur harder rijden dan mag op een (auto)weg buiten de bebouwde kom.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft op de zitting aangevoerd dat hij het vermoeden heeft dat de apparatuur verkeerd stond afgesteld aangezien er op de foto van de gedraging staat vermeld dat hij tegelijkertijd op rijstrook 1 en 2 heeft gereden. Dat is niet mogelijk. Betrokkene stelt dat hij niet te hard heeft gereden.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.
De kantonrechter overweegt dat op de foto van de gedraging duidelijk te zien is dat enkel het voertuig van betrokkene zich bevindt binnen de aangegeven lijnen van het meetgebied van de mobiele radar. Uit de overgelegde stukken volgt dat de snelheid is gecontroleerd met een voor de meting geteste en op de voorgeschreven wijze gebruikte radarsnelheidsmeter met daaraan gekoppelde fotoapparatuur. De daarmee geconstateerde snelheid bedroeg 89 kilometer per uur. Deze waarde is naar beneden gecorrigeerd, conform de landelijk vastgestelde correctiewaarde in verband met de maximaal toegelaten fouten in de meetapparatuur zoals bedoeld in de Regeling meetmiddelen politie. Gelet op de foto en het in het dossier aanwezige NMI-rapport blijkt dat de meting juist is geweest. Er is geen reden om aan de juistheid daarvan te twijfelen. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. D.D.M. Hazeu, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: