Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 4 oktober 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene voor het rijden met een voertuig dat was voorzien van niet toegestane verblindende/knipperende verlichting. Betrokkene had eerder beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De kantonrechter heeft de zaak behandeld, waarbij de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig was, maar betrokkene zelf niet.
De kantonrechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig overwogen. Betrokkene betwistte de opgelegde boete en voerde aan dat er geen cautie was gegeven en dat de feitcode onjuist was. De kantonrechter oordeelde dat er geen reden was om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant, die had aangegeven dat betrokkene was staande gehouden en dat de cautie was gegeven. De kantonrechter concludeerde dat er geen schending was van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
De vertegenwoordiger van de officier van justitie stelde voor om de feitcode te wijzigen naar N650, wat de kantonrechter heeft gevolgd. De kantonrechter verklaarde het beroep gedeeltelijk gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie voor wat betreft de omschrijving van de gedraging en wijzigde de inleidende beschikking. De uitspraak werd gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Betrokkene kan binnen zes weken na de toezending van de uitspraak hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.