Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[gedaagde 1]
1.Het procesverloop
Voorafgaand aan de zitting heeft De Lage Landen bij brief van 1 december 2023 nog producties overgelegd. De van de zijde van [gedaagde 1] op 4 en 8 december 2023 overgelegde producties zijn te laat ingediend en maken geen deel uit van het procesdossier.
2.De feiten
“
Hierbij ontvangt u van ons de overeenkomst met bijlagen. Daarnaast leggen wij u alvast de vervolgstappen uit. Zo weet u precies wat wij van u verwachten en natuurlijk wat u van ons kunt verwachten.Stap 1: Akkoord en ondertekeningNeem bijgaande overeenkomst met bijlagen goed door. Bent u akkoord? Stuur dan binnen 5 werkdagen naar ons terug :- Overeenkomst, volledig ingevuld (…)- (…)Stap 2: Spreek met uw leverancier een leverdatum afHeeft u de getekende documenten naar ons gestuurd? Plan dan een leverdatum met uw leverancier. Op de dag van levering, ondertekent u het acceptatiecertificaat. Zorg ervoor dat deze voorzien is van een afleverdatum en stuur het getekende certificaat naar [e-mailadres]Stap 3: Start LeaseovereenkomstNa ontvangst van de getekende documenten en nadat alle (wettelijke) checks door ons succesvol zijn doorlopen, start uw overeenkomst met ons.”
“
De datum van acceptatie is zodra ik het apparaat ontvang (hopelijk morgen)”.De Lage Landen heeft na ontvangst een “1” voor “okt. 2022” getypt.
“
De leaseperiode gaat in op de dag waarop het Object bij Klant blijkens het door hem ondertekende en bij deze Overeenkomst gevoegde Acceptatiecertificaat compleet, gebruiksklaar, vrij van gebreken en in deugdelijke staat is afgeleverd.”
3.De vordering
(i) verklaart voor recht dat De Lage Landen eigenaar is van het object;
(ii) [gedaagde 1] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 10.603,15, te vermeerderen met rente en kosten, waaronder de beslagkosten.
4.De voorwaardelijke tegenvordering
5.De beoordeling
Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde 1] komt erop neer dat de leaseperiode niet is ingegaan en dat zij daarom niet gehouden is om tot betaling over te gaan. De kantonrechter is van oordeel dat dit verweer slaagt en dat de vordering van De Lage Landen om die reden moet worden afgewezen. De kantonrechter baseert dit oordeel op het navolgende.
In de brief van 4 oktober 2022 staat verder beschreven dat daarna een controle door De Lage Landen plaatsvindt en dat wanneer alle checks succesvol zijn doorlopen de overeenkomst aanvangt.
[gedaagde 1] betwist dat een dergelijke afspraak is gemaakt.
De kantonrechter overweegt als volgt.
De kantonrechter gaat voorbij aan de door [gedaagde 1] betwiste stelling van De Lage Landen dat de ouders van [gedaagde 1] op 14 november 2022 een formulier of certificaat hebben ondertekend. De Lage Landen heeft dit niet eerder dan aan het slot van de mondelinge behandeling naar voren gebracht. Het is onduidelijk welk soort formulier of certificaat De Lage Landen bedoelt. In de dagvaarding stelt De Lage Landen alleen maar dat de ouders van [gedaagde 1] hebben getekend voor ontvangst [6] . Een ontvangstbevestiging is niet per definitie hetzelfde als een acceptatiecertificaat. Daarbij komt dat De Lage Landen heeft verzuimd om het bedoelde formulier in het geding te brengen. [gedaagde 1] is hiermee in haar processuele belangen geschaad. Daarom beschouwt de kantonrechter deze nieuwe stelling en het hierop ziende bewijsaanbod, dat ter zitting is gedaan, als tardief.