ECLI:NL:RBNHO:2023:12722
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van openstaand honorarium uit overeenkomst van opdracht
In deze zaak heeft de besloten vennootschap Fyner Group B.V., voorheen h.o.d.n. Omnius Juristen B.V. (hierna: Omnius), een vordering ingesteld tegen een gedaagde, die in persoon procedeert. De vordering betreft een openstaand bedrag van € 2.929,05, voortvloeiend uit een overeenkomst van opdracht voor juridische diensten. De gedaagde heeft de facturen van Omnius niet betaald en betwist de vordering, stellende dat de facturen naar Landgoed ’t Hart B.V. gestuurd zouden moeten worden en dat er geen getekend contract bestaat tussen hem en Omnius. De kantonrechter heeft op 15 november 2023 uitspraak gedaan in deze zaak.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een overeenkomst van opdracht is aangegaan tussen Omnius en de gedaagde, en dat de werkzaamheden zijn verricht op basis van deze overeenkomst. De gedaagde heeft onvoldoende bewijs geleverd voor zijn stelling dat de facturen naar Landgoed ’t Hart B.V. gestuurd moesten worden. De kantonrechter heeft het verweer van de gedaagde verworpen en geoordeeld dat de gedaagde in beginsel verplicht is Omnius te betalen voor de verrichte werkzaamheden.
De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 2.464,40, te vermeerderen met wettelijke rente, maar heeft de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten afgewezen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en iedere partij draagt zijn eigen proceskosten.