Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.Feiten
beheersing van de Nederlandse taalen
hoge betrouwbaarheid en gevoel voor kwaliteit.
‘(…) Op zaterdag 24 September 2022 heb ik gewerkt, een van mijn taken was het bijvullen van de Flight containers. Een van mijn collega’s, [betrokkene] kwam naar mij toe met een IPad die hij had gevonden in een container. Ik vroeg aan de heer [betrokkene] of ik die IPad mocht meenemen. De heer [betrokkene] zei “waarom niet” hij zei dat ik deze mocht meenemen. (…) Aan het einde van mijn dienst heb ik een wit plastic tasje gepakt en daarin de IPad meegenomen naar de kleedkamer. Vervolgens heb ik mij omgekleed en ben met het tasje waar de IPad inzat het KCS-gebouw uitgelopen. Ik weet dat wanneer ik iets vind dat ik het aan mijn teamleider moet afgeven. Ik heb het dit keer niet gedaan omdat mijn collega [betrokkene] zei dat ik hem mee naar huis mocht nemen. (…)’.
3.Het verzoek
4.Het verweer en het voorwaardelijke tegenverzoek
primairwegens verwijtbaar handelen of nalaten zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3 onderdeel e van het Burgerlijk Wetboek (BW) en
subsidiairwegens een verstoorde arbeidsverhouding zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub g BW, zonder toekenning van enige vergoeding.