ECLI:NL:RBNHO:2023:1260

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
31 januari 2023
Publicatiedatum
16 februari 2023
Zaaknummer
10224514 AO VERZ 22-135
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens onrechtmatige toe-eigening van een iPad door werknemer

In deze zaak verzoekt de werknemer, aangeduid als [eiser], de kantonrechter om vernietiging van zijn ontslag op staande voet dat hem op 5 oktober 2022 door KLM Catering Services Schiphol B.V. (KCS) is gegeven. Het ontslag is gebaseerd op de onrechtmatige toe-eigening van een iPad, eigendom van KLM, die [eiser] op 24 september 2022 had meegenomen. De kantonrechter oordeelt dat [eiser] zich onterecht heeft gedragen door de iPad mee te nemen, ondanks dat hij wist dat hij dit niet mocht doen. De kantonrechter stelt vast dat de gedraging van [eiser] in strijd is met de Gedragscode van KCS, die hem verplichtte om gevonden voorwerpen aan zijn leidinggevende te overhandigen. De kantonrechter weegt de persoonlijke omstandigheden van [eiser] mee, zoals zijn lange dienstverband en zijn leeftijd, maar concludeert dat deze niet voldoende zijn om het ontslag op staande voet onterecht te verklaren. Het verzoek van [eiser] wordt afgewezen, en hij wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 10224514 \ AO VERZ 22-135 (HB)
Uitspraakdatum: 31 januari 2023
Beschikking in de zaak van:
[eiser],
wonende te [plaats]
verzoekende partij
verder te noemen: [eiser]
gemachtigde: mr. E.P. Koevoets
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KLM Catering Services Schiphol B.V.,
gevestigd te Schiphol
verwerende partij
verder te noemen: KCS
gemachtigde: mr. E.A. van Jaarsveld
De zaak in het kort
In deze procedure verzoekt [eiser] (onder meer) vernietiging van het hem op 5 oktober 2022 door KCS gegeven ontslag op staande voet. De verzoeken van [eiser] worden afgewezen omdat is komen vast te staan dat [eiser] zich een iPad, die eigendom is van KLM, heeft toegeëigend waardoor hij het vertrouwen van KCS onwaardig is geworden. Ook als de Gedragscode van KCS niet van toepassing zou zijn of [eiser] van het daarin bepaalde niet op de hoogte zou zijn geweest, had [eiser] naar het oordeel van de kantonrechter moeten begrijpen dat het (zonder toestemming van een leidinggevende) meenemen van een iPad ontslag op staande voet tot gevolg kan hebben. De (persoonlijke) omstandigheden van [eiser] maken niet dat KCS ook voor een minder ingrijpende maatregel had kunnen kiezen.

1.Het procesverloop

1.1.
[eiser] heeft op 2 december 2022 een verzoekschrift ingediend. KCS heeft een verweerschrift en een voorwaardelijk tegenverzoek ingediend.
1.2.
Op 12 januari 2023 heeft een zitting plaatsgevonden. Vóór de zitting heeft KCS bij brief van 6 januari 2023 nog stukken toegezonden. Partijen hebben ter zitting hun standpunten toegelicht en vragen beantwoord. De griffier heeft daarvan aantekeningen gemaakt. KCS heeft ook pleitaantekeningen overgelegd.

2.Feiten

2.1.
KCS verzorgt de catering voor vliegtuigen van KLM en andere luchtvaartmaatschappijen.
2.2.
[eiser], geboren op [geboortedatum], is op 13 augustus 2001 bij KCS in dienst getreden. Hij was laatstelijk werkzaam in de functie van productiemedewerker op de afdeling Operations voor 40 uur per week. In deze functie hield [eiser] zich onder meer bezig met het sorteren van (van vluchten teruggekomen) trolleys en containers. De functie vereisten betroffen onder meer:
beheersing van de Nederlandse taalen
hoge betrouwbaarheid en gevoel voor kwaliteit.
2.3.
Het salaris van [eiser] bedroeg laatstelijk € 2.392,15 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag en andere emolumenten.
2.4.
In artikel 6 van de arbeidsovereenkomst van [eiser] is vermeld dat de werknemer zich zal houden aan de voorschriften die zijn vervat in de uitgereikte ‘Gedragscode KLM Catering Services Schiphol b.v.’ en dat de werknemer verklaart deze Gedragscode te kennen en zich daarmee te kunnen verenigen.
2.5.
De Gedragscode is tijdens het dienstverband meerdere keren aangepast. In de loop van het dienstverband heeft KCS diverse brieven over de (aangepaste) Gedragscode aan [eiser] toegezonden. In een brief van 17 augustus 2015, die refereert aan de sinds begin 2013 geldende versie van de Gedragscode, wordt het verbod om ‘onrechtmatig toe te eigenen’ uitgelegd. In die brief staat – kort weergegeven – dat eigendommen van KCS en/of haar klanten niet mogen worden meegenomen zonder toestemming van de leidinggevende en dat werknemers, om elk misverstand te voorkomen, voor die eigendommen bij het verlaten van KCS een geldig vervoerbewijs moeten hebben, ondertekend door een MT-lid of afdelingshoofd. Ook staat in die brief dat KCS zonder die toestemming hard en consequent optreedt door het geven van een ontslag op staande voet, waarbij een eventuele lage waarde van een toegeëigende zaak er niet toe doet.
2.6.
In de versie van de Gedragscode gedateerd 29 maart 2022 staat:
‘6.Onrechtmatige toe-eigening
Onrechtmatige toe-eigening is verboden, net als fraude.
Let op: onder ‘onrechtmatige toe-eigening’ wordt onder andere verstaan:
het mee naar buiten (willen) nemen van andermans zaken
het binnen KCS eten, drinken of proeven van andermans producten zonder duidelijke toestemming van een Director van KCS.
De maatregelen zijn zeer streng, namelijk ontslag op staande voet [PERSOONSCONTROLE, OVERTREDING EN MAATREGELEN en de TOELICHTING GEDRAGSCODE ‘Waarom ontslag op staande voet bij onrechtmatige toe-eigening wegens eten, drinken of proeven?’] Als je de indruk hebt dat iemand fraudeert, verwijzen we je bovendien naar [KLOKKENLUIDERSREGELING].
Ter voorkoming van misverstand over onrechtmatige toe-eigening, beschik je bij het verlaten van KCS over een geldig vervoerbewijs voor die zaken, die van KCS of een ander zijn of kunnen zijn, ondertekend door een Director of (bij diens afwezigheid) de DCM’er.’
2.7.
Op 24 september 2022 was [eiser] met een paar collega’s bezig met het bijvullen van een container. Zijn collega [betrokkene] (hierna: [betrokkene]) kwam toen naar hem toe met een iPad die [betrokkene] in een container had gevonden. [eiser] heeft die iPad meegenomen naar huis.
2.8.
Nadat de leidinggevende van [eiser] op 29 september 2022 de melding ontving dat [eiser] verdacht werd van het meenemen van de iPad, heeft [eiser] op diezelfde dag een verklaring afgelegd ten overstaan van twee ‘security investigators’. In de (door [eiser] ondertekende) schriftelijke weergave van die verklaring staat:
‘(…) Op zaterdag 24 September 2022 heb ik gewerkt, een van mijn taken was het bijvullen van de Flight containers. Een van mijn collega’s, [betrokkene] kwam naar mij toe met een IPad die hij had gevonden in een container. Ik vroeg aan de heer [betrokkene] of ik die IPad mocht meenemen. De heer [betrokkene] zei “waarom niet” hij zei dat ik deze mocht meenemen. (…) Aan het einde van mijn dienst heb ik een wit plastic tasje gepakt en daarin de IPad meegenomen naar de kleedkamer. Vervolgens heb ik mij omgekleed en ben met het tasje waar de IPad inzat het KCS-gebouw uitgelopen. Ik weet dat wanneer ik iets vind dat ik het aan mijn teamleider moet afgeven. Ik heb het dit keer niet gedaan omdat mijn collega [betrokkene] zei dat ik hem mee naar huis mocht nemen. (…)’.
2.9.
Vervolgens heeft KCS [eiser] met ingang van diezelfde datum op non-actief gesteld. Die op non-actiefstelling is bij brief van 29 september 2022 aan [eiser] bevestigd.
2.10.
Tijdens een gesprek op 5 oktober 2022 heeft KCS [eiser] op staande voet ontslagen. Dit ontslag is bij brief van diezelfde datum aan [eiser] bevestigd. De in die brief aan het ontslag ten grondslag gelegde dringende redenen zijn - kort weergegeven - dat [eiser] zich de iPad (eigendom van KLM) onrechtmatig heeft toegeëigend en dat dit gedrag in strijd is met de Gedragscode van KCS (CR-01-01). KCS wijst er in de brief op dat zij de omstandigheden van [eiser] (de duur van het dienstverband, de wijze waarop hij de reguliere werkzaamheden heeft verricht en zijn persoonlijke omstandigheden) in ogenschouw heeft genomen, maar dat die niet tot een andere beslissing konden leiden.
2.11.
Bij e-mail van zijn gemachtigde van 28 oktober 2022 heeft [eiser] geprotesteerd tegen het gegeven ontslag op staande voet en om verstrekking van de Gedragscode (CE-01-01) verzocht. KCS heeft vervolgens op diezelfde datum de versie van de Gedragscode gedateerd 29 maart 2022 verstrekt. KCS heeft het gegeven ontslag op staande voet gehandhaafd.

3.Het verzoek

3.1.
[eiser] verzoekt de kantonrechter – na aanpassing van het verzoek ter zitting - om:
primair:
A. voor recht te verklaren dat de gedragingen van [eiser] geen ernstig verwijtbaar gedrag vormden;
B. de opzegging van de arbeidsovereenkomst tussen [eiser] en KCS van 5 oktober 2022 te vernietigen;
C. KCS te veroordelen tot doorbetaling van het loon van [eiser] vanaf 5 oktober 2022;
D. KCS te veroordelen tot betaling van de maximale wettelijke verhoging over het loon vanaf 5 oktober 2022;
E. KCS te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over het onder C en D verzochte;
subsidiair:
F. in rechte vast te stellen dat er aan de opzegging van 5 oktober 2022 geen dringende reden van de zijde van [eiser] ten grondslag ligt;
G. KCS te veroordelen tot betaling van het loon dat [eiser] zou hebben ontvangen als de arbeidsovereenkomst zou zijn opgezegd met inachtneming van de rechtens geldende opzegtermijn;
H. KCS te veroordelen tot betaling van maximale wettelijke verhoging over het loon vanaf 5 oktober 2022;
I. KCS te veroordelen tot betaling van de rechtens geldende transitievergoeding;
J. KCS te veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over het onder G, H en I verzochte;
primair en subsidiair:
K. KCS te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten;
L./M. KCS te veroordelen in de proceskosten en nakosten.
3.2.
[eiser] legt aan het verzoek – kort weergegeven – ten grondslag dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is, omdat hieraan geen dringende reden ten grondslag ligt. Ook zijn de (persoonlijke) omstandigheden van [eiser] onvoldoende meegewogen.
3.3.
Op de stellingen van [eiser] zal hierna in de beoordeling nader worden ingegaan.

4.Het verweer en het voorwaardelijke tegenverzoek

4.1.
KCS verweert zich tegen het verzoek. Zij voert aan – samengevat – dat het gegeven ontslag op staande voet wel degelijk rechtsgeldig is. Er is sprake van een dringende reden voor ontslag op staande voet, omdat [eiser] zich de iPad onrechtmatig heeft toegeëigend. Bovendien is de gedraging van [eiser] in strijd met de Gedragscode van KCS. Het is al zeker twintig jaar staand beleid bij KCS dat bij het toe-eigenen van zaken door medewerkers zonder toestemming van een leidinggevende ontslag op staande voet volgt, zelfs als het zaken van geringe waarde betreft. [eiser] was ook van dat beleid op de hoogte.
4.2.
Op het verweer van KCS zal hierna in de beoordeling nader worden ingegaan.
4.3.
Voor het geval het ontslag op staande voet wordt vernietigd, verzoekt KCS de kantonrechter – na aanpassing van het tegenverzoek ter zitting - om de arbeidsovereenkomst dadelijk althans op zo kort mogelijke termijn te ontbinden,
primairwegens verwijtbaar handelen of nalaten zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3 onderdeel e van het Burgerlijk Wetboek (BW) en
subsidiairwegens een verstoorde arbeidsverhouding zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3 sub g BW, zonder toekenning van enige vergoeding.

5.De beoordeling

Het verzoek:
5.1.
Het gaat in deze zaak om de vraag of het aan [eiser] gegeven ontslag op staande voet rechtsgeldig is.
5.2.
Een ontslag op staande voet is alleen geldig als daarvoor een dringende reden is (artikel 7:677 lid 1 BW). De kantonrechter moet bij de beoordeling van de dringende reden alle omstandigheden van het geval in aanmerking nemen. Belangrijk zijn de aard en ernst van de dringende reden. Ook kunnen meespelen de duur van de dienstbetrekking en de persoonlijke omstandigheden van de werknemer. Verder kan meewegen wat de gevolgen van een ontslag op staande voet voor de werknemer zijn. Maar ook als zo’n ontslag grote gevolgen heeft voor de werknemer, kan dat ontslag toch gerechtvaardigd zijn. Verder moet er onverwijld worden opgezegd en moet de dringende reden onverwijld worden meegedeeld aan de werknemer. Onverwijld betekent dat dit direct of zo snel mogelijk moet gebeuren.
5.3.
Naar het oordeel van de kantonrechter is het aan [eiser] gegeven ontslag op staande voet rechtsgeldig. Daarover wordt het volgende overwogen.
Onverwijld
5.4.
Niet in geschil is dat de arbeidsovereenkomst door KCS onverwijld is opgezegd en dat de aan het ontslag ten grondslag gelegde dringende redenen onverwijld aan [eiser] zijn meegedeeld.
Dringende reden
5.5.
KCS legt onrechtmatige toe-eigening van een iPad (van een crewlid van KLM) en handelen in strijd met de Gedragscode van KCS (afzonderlijk en in onderlinge samenhang) als dringende reden(en) aan het ontslag ten grondslag.
5.6.
Vaststaat dat [eiser] een iPad die was aangetroffen in een container van het werk heeft meegenomen naar huis. [eiser] heeft erkend dat hij dit niet had mogen doen en dat hij wist dat als hij iets op het werk aantrof, hij dit aan zijn teamleider moest afgeven. Hij stelt dat hij een inschattingsfout heeft gemaakt en wijst op het feit dat hij is afgegaan op de uitspraak van zijn collega [betrokkene] dat hij de iPad mocht meenemen. [eiser] stelt zich verder op het standpunt dat gelet hierop en op zijn overige (persoonlijke) omstandigheden het ontslag op staande voet een te zware maatregel is. Hij wijst er in dit verband op dat hij 21 jaar altijd goed gefunctioneerd heeft en dat hij weliswaar in staat is om een gesprek in de Nederlandse taal te voeren, maar hulp nodig heeft bij het lezen van bijvoorbeeld de Gedragsregels van KCS. Verder wijst hij erop dat hij 59 jaar is en de kostwinner van een jong gezin en dat het gezien zijn leeftijd moeilijk is een andere (gelijkwaardige) baan te vinden.
5.7.
De kantonrechter is van oordeel dat [eiser] zich de iPad opzettelijk heeft toegeëigend waardoor hij het vertrouwen van KCS onwaardig is geworden. De stelling van [eiser] dat hij toestemming had van zijn collega (en voormalig coördinator) [betrokkene] maakt dit niet anders. Naast het feit dat KCS gemotiveerd, met een schriftelijke verklaring van [betrokkene], heeft weersproken dat toestemming zou zijn gegeven, heeft [eiser] ter zitting ook niet kunnen uitleggen waarom hij dacht dat collega [betrokkene] over de in de container aangetroffen iPad kon beschikken. Hetzelfde geldt voor de stelling van [eiser] dat het mogelijk een kapotte iPad was waarvan de eigenaar afstand had gedaan (een ‘res nullius’). [eiser] heeft ter zitting niet kunnen toelichten waarom hij dacht dat daarvan sprake was.
5.8.
[eiser] vervulde de functie van productiemedewerker waarbij hij dagelijks met goederen van anderen diende te werken en waarvoor hoge betrouwbaarheid door KCS als vereiste was gesteld. De aard en de ernst van de gedraging van [eiser] tezamen met de aard van de functie maken daarom dat KCS, ondanks de door [eiser] aangevoerde persoonlijke en overige omstandigheden, niet voor een minder ingrijpende maatregel had kunnen kiezen.
5.9.
[eiser] heeft nog naar voren gebracht dat hij bij ondertekening van de arbeidsovereenkomst heeft ingestemd met de toen ontvangen Gedragscode en niet met eventuele opvolgende of gewijzigde Gedragscodes, dat niet uit te sluiten is dat
KCS zich op een niet geldende Gedragscode heeft beroepen, dat in de Gedragscode niet staat dat werknemers van KCS ‘vreemde objecten’ aan hun leidinggevende moeten melden en dat uit de Gedragscode evenmin duidelijk blijkt dat er bij onrechtmatige toe-eigening ontslag op staande voet volgt. Daarom kan volgens [eiser] niet worden gezegd dat hij wist of behoorde te weten dat de door hem verrichte handeling tot ontslag op staande voet zou moeten leiden. De kantonrechter gaat aan deze stelling voorbij. Zoals de gemachtigde van [eiser] ook erkent, gaat het hier niet om een miniem vergrijp (een bagateldelict), maar om toe-eigening van een iPad. Een iPad vertegenwoordigt onmiskenbaar een bepaalde waarde en is bedoeld om gegevens (waaronder mogelijk privacygevoelige gegevens) in op te slaan, welke gegevens niet voor een ander zijn bedoeld.
5.10.
Ook als de Gedragscode niet van toepassing zou zijn of [eiser] van het daarin bepaalde niet op de hoogte zou zijn geweest, had [eiser] naar het oordeel van de kantonrechter moeten begrijpen dat het opzettelijk toe-eigenen van een iPad ontslag op staande voet tot gevolg kan hebben.
Conclusie
5.11.
Omdat het ontslag op staande voet, gelet op wat hiervoor is overwogen, rechtsgeldig is en de gedraging van [eiser] naar het oordeel van de kantonrechter ook als ernstig verwijtbaar handelen moet worden aangemerkt, zal het verzoek van [eiser] worden afgewezen.
Proceskosten
5.12.
Wegens het ernstig verwijtbaar handelen van [eiser] komen de proceskosten voor zijn rekening. Daarbij zal het salaris van de gemachtigde van KCS worden vastgesteld op € 747,00.
Het voorwaardelijke tegenverzoek:
5.13.
Het voorwaardelijke tegenverzoek van KCS tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst komt niet aan de orde, omdat de door [eiser] verzochte vernietiging van het ontslag op staande voet wordt afgewezen.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst het verzoek van [eiser] af;
6.2.
veroordeelt [eiser] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van KCS tot en met vandaag vaststelt op € 747,00 voor salaris gemachtigde;
6.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gewezen door mr. R.I.V. Scherpenhuijsen Rom, kantonrechter en op 31 januari 2023 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter