In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Noord-Holland het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor leerlingenvervoer voor zijn zoon voor het schooljaar 2022/2023. De aanvraag werd afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad, met als argument dat De Kameleon, de school waar de zoon van eiser naartoe wilde, een dislocatie is van De Wereldburger en dat de denominatie van De Kameleon niet anders kan zijn dan die van de hoofdvestiging. Eiser betoogde dat de denominatie van De Kameleon niet correct geregistreerd was en dat er geen plek was op dichterbij gelegen Islamitische scholen.
De rechtbank heeft de afwijzing van de aanvraag beoordeeld aan de hand van de beroepsgronden van eiser en de relevante wetgeving. De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht mocht uitgaan van de gegevens in de Basisregistratie Instellingen (BRIN) en dat de registratie van de richtingen van scholen in de BRIN voldoende gewaarborgd is. De rechtbank concludeerde dat er scholen zijn met de richting Algemeen Bijzonder die dichterbij de woning van eiser gelegen zijn, waardoor de kosten van het leerlingenvervoer niet vergoed kunnen worden. Eiser kreeg geen gelijk en het beroep werd ongegrond verklaard.
De rechtbank benadrukte dat indien het bevoegd gezag van De Kameleon meent dat de registratie in de BRIN niet juist is, zij zich tot de minister moet wenden voor onderzoek. De rechtbank maakte ook duidelijk dat de termen 'dislocatie' en 'nevenvestiging' niet gelijk zijn en dat de wetgeving hierover duidelijk is. Eiser kreeg geen vergoeding van griffierecht of proceskosten.