ECLI:NL:RBNHO:2023:12117

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
28 november 2023
Publicatiedatum
28 november 2023
Zaaknummer
15/032710-23
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Diefstal met geweld in Alkmaar met veroordeling tot gevangenisstraf en schadevergoeding

Op 28 november 2023 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van diefstal met geweld. De zaak vond zijn oorsprong in een incident op 2 december 2022, waarbij het slachtoffer, eigenaar van restaurant Kokusai in Alkmaar, op gewelddadige wijze werd beroofd van zijn portemonnee. De verdachte, die samen met een medeverdachte handelde, bedreigde het slachtoffer met een mes en sloeg hem, terwijl de medeverdachte op de uitkijk stond. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. Tijdens de rechtszitting op 14 november 2023 heeft de officier van justitie gepleit voor bewezenverklaring van de tenlastelegging, terwijl de verdediging vrijspraak heeft bepleit. De rechtbank heeft op basis van camerabeelden en getuigenverklaringen geoordeeld dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan de diefstal met geweld. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 265 dagen, waarbij de voorlopige hechtenis werd opgeheven. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 550 aan de benadeelde partij, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij toegewezen, aangezien de schade rechtstreeks voortvloeit uit het bewezen verklaarde feit. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en de rechters de ernst van het delict en de impact op het slachtoffer in overweging hebben genomen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, zittingsplaats Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15/032710-23 (P)
Uitspraakdatum: 28 november 2023
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 14 november 2023 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
thans gedetineerd in P.I. Alphen, locatie Eikenlaan.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie,
mr. A. van Loon, en van hetgeen de verdachte en zijn raadsman, mr. Y. Quint, advocaat te Eindhoven, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 2 december 2022 te Alkmaar, op de openbare weg, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een portemonnee (met inhoud), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele toebehoorde aan [benadeelde] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [benadeelde] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- op die [benadeelde] af te rennen, en/of
- die [benadeelde] met een knipperend licht in zijn gezicht te schijnen, en/of
- die [benadeelde] (rennend) te achtervolgen en/of (vervolgens) vast te pakken, en/of
- die [benadeelde] (meerdere keren) met gebalde vuist in zijn gezicht/tegen zijn hoofd te slaan, ook toen die [benadeelde] al op de grond lag, en/of
- (op dreigende toon) tegen die [benadeelde] te schreeuwen: “Geef je geld” en/of “Ik wil je geld”, althans woorden van gelijke strekking, en/of
- (daarbij) een mes te trekken en/of een mes aan die [benadeelde] te tonen.

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Beoordeling van het bewijs

3.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit.
3.2
Standpunt van de verdediging
De raadsman van de verdachte heeft bepleit dat de verdachte moet worden vrijgesproken.
3.3
Oordeel van de rechtbank
3.3.1
Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn vervat.
3.3.2
Bewijsmotivering
Feiten en omstandigheden
Op 2 december 2022 is [benadeelde] na sluitingstijd op de parkeerplaats nabij de ingang voor zijn restaurant Kokusai te Alkmaar met geweld beroofd van zijn portemonnee onder bedreiging van een mes. Op de camerabeelden is een persoon te zien die feitelijk de beroving uitvoert en voorts een tweede persoon die tijdens de beroving verderop op de parkeerplaats staat, heen en weer loopt en om zich heen kijkt. De medeverdachte [medeverdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat hij erbij is geweest en dat hij zichzelf op de camerabeelden in deze tweede persoon herkent. De verdachte ontkent de beroving te hebben gepleegd.
Rol van de verdachte
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft gepleegd, gelet op de onderlinge relatie tussen de verdachte en de medeverdachte, en de locatie- en belgegevens van de telefoonnummers die worden toegeschreven aan beide verdachten voorafgaand aan de overval en vlak daarna, en ook gelet op de ter terechtzitting door de medeverdachte afgelegde verklaring dat hij zichzelf herkent op de beelden van de parkeerplaats en op de beelden van de voordeurbel aan de [adres 1] .
Tweelingbroer
Voor zover de verdachte zegt zichzelf niet te herkennen op de beelden en als alternatief scenario heeft willen opwerpen dat zijn tweelingbroer mogelijk de dader van de beroving kan zijn geweest, volgt de rechtbank dit verweer niet. De rechtbank acht daarbij van belang dat de verdachte voor het eerst ter terechtzitting heeft verklaard dat hij zijn telefoon en kleding weleens uitwisselt met zijn broer, terwijl de verdachte bij de rechter-commissaris inhoudelijk heeft verklaard en daarbij niet heeft uitgesloten dat hij die avond in Alkmaar was. Ook overigens acht de rechtbank niet aannemelijk dat het de tweelingbroer van de verdachte was die op 2 december 2022 met de medeverdachte in Alkmaar is geweest en aldaar de diefstal met geweld heeft gepleegd in plaats van de verdachte gelet op de relatie en het onderlinge contact tussen de verdachte en de medeverdachte voorafgaand en na de beroving.
3.4
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat
hij op 2 december 2022 te Alkmaar, op de openbare weg, een portemonnee (met inhoud), die toebehoorde aan [benadeelde] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [benadeelde] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, door
- op die [benadeelde] af te rennen, en/of
- die [benadeelde] met een knipperend licht in zijn gezicht te schijnen, en
- die [benadeelde] rennend te achtervolgen en vervolgens vast te pakken, en
- die [benadeelde] met gebalde vuist te slaan,
- tegen die [benadeelde] te schreeuwen: “Geef je geld” en/of “Ik wil je geld”, althans woorden van gelijke strekking, en
- daarbij een mes te trekken en aan die [benadeelde] te tonen.
Hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit

Het bewezenverklaarde levert op:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen een persoon, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5.Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is derhalve strafbaar.

6.Motivering van de sanctie

6.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 38 maanden waarvan negen maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren en de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. De officier van justitie heeft bij het bepalen van de eis aansluiting gezocht bij de richtlijnen van het Openbaar Ministerie voor een bedrijfsoverval.
6.2
Standpunt van de verdediging
De raadsman van de verdachte heeft de rechtbank verzocht aansluiting te zoeken bij de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) voor een straatroof, waardoor een op te leggen gevangenisstraf het voorarrest niet dient te overstijgen.
6.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sanctie die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Aard en ernst van het feit
De verdachte heeft het slachtoffer, toen die na sluitingstijd nietsvermoedend zijn restaurant had verlaten, met geweld beroofd van zijn portemonnee. Hij heeft het slachtoffer bedreigd met een mes, geslagen en achtervolgd net zolang totdat hij zijn doel bereikte. Een medeverdachte heeft hierbij op de uitkijk gestaan en een omstander die te hulp wilde komen op afstand gehouden. Het slachtoffer heeft de beroving als zeer beangstigend en bedreigend ervaren en heeft gevreesd voor zijn leven. Dergelijke feiten zorgen voor maatschappelijke onrust en versterken gevoelens van onveiligheid in de samenleving. De verdachte heeft met zijn handelen alleen zijn eigen financiële gewin voor ogen gehad.
Persoon van de verdachte
Uit het uittreksel van de justitiële documentatie van de verdachte van 3 november 2023 blijkt dat de verdachte in de afgelopen vijf jaren niet voor een soortgelijk feit is veroordeeld.
De rechtbank heeft bovendien acht geslagen op het reclasseringsrapport van 1 juni 2023, waarin een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden wordt geadviseerd.
Uitgangspunt
De rechtbank acht, gelet op de ernst van het feit, enkel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend. De rechtbank zal bij het bepalen van de hoogte van de straf aansluiten bij het LOVS-oriëntatiepunt voor straatroof, waarbij de rechtbank als strafverzwarende omstandigheden meeweegt de plaats waar het delict is gepleegd, te weten vlak bij de ingang van een hotel/restaurant een plek waar naar zijn aard mensen in en uit kunnen lopen en daarbij is gedreigd met een mes en is geslagen .
Op te leggen straf
Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 265 dagen passend. Nu de verdachte deze tijd reeds in voorarrest heeft doorgebracht, zal het bevel tot voorlopige hechtenis worden opgeheven. De rechtbank ziet geen ruimte voor het opleggen van bijzondere voorwaarden.

7.Vordering benadeelde partij

De benadeelde partij [benadeelde] heeft een vordering tot schadevergoeding van € 550 ingediend tegen de verdachte wegens immateriële schade die hij als gevolg van het ten laste gelegde feit zou hebben geleden.
De rechtbank is van oordeel dat deze schade rechtstreeks voortvloeit uit het bewezen verklaarde feit. Voor vergoeding van die schade bestaat een wettelijke grondslag (art. 6:106 onder b Burgerlijk Wetboek) en de hoogte van het gevorderde bedrag ter vergoeding van de schade komt de rechtbank billijk voor gelet op de onderbouwing van de vordering en het verhandelde ter terechtzitting. De vordering zal dan ook worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf december 2022 tot aan de dag der algehele voldoening.
Hoofdelijkheid
Daarbij zal de rechtbank bepalen dat indien de medeverdachte dit bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, de verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
Proceskosten
Daarnaast dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken, tot op heden begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank ziet als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van de verdachte [kort gezegd: diefstal met geweld] aanleiding ter zake van de vordering van de benadeelde partij de schadevergoedingsmaatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
36f en 312 van het Wetboek van Strafrecht.

9.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4 weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat het bewezen verklaarde feit het hierboven onder 4. vermelde strafbare feit oplevert.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
265 [tweehonderdvijfenzestig] dagen.
Bepaalt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte.
Wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij
[benadeelde]geleden schade tot een bedrag van
€ 550, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 2 december 2022 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [benadeelde] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
Bepaalt dat indien genoemd bedrag geheel of gedeeltelijk door de medeverdachte is betaald, de verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
Veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken.
Legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van slachtoffer [benadeelde] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 550, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 11 dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 december 2022 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens een medeverdachte aan de benadeelde partij en/of de Staat is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen.
Bepaalt dat betalingen aan de benadeelde partij in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de Staat en dat betalingen aan de Staat in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Deze beslissing is genomen door
mr. M. Visser, voorzitter,
mr. C.S. Schoorl en mr. M.C.J. Lommen, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier, mr. H.S. Singeling,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 28 november 2023.
Bijlage
De bewijsmiddelen
De hierna vermelde processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
Verklaring van de medeverdachte ter terechtzitting
De verklaring die de medeverdachte [medeverdachte] ter terechtzitting van 14 november 2023 heeft afgelegd, houdt – zakelijk weergegeven – onder meer het volgende in.
Ik was op 2 december 2022 bij restaurant Kokusai in Alkmaar. U toont mij ‘compilatie camerabeelden Lantana’. Ik herken mezelf als de persoon rechtsboven in beeld
(00:00:59).
U toont mij beelden van de voordeurbel aan de Rhijnvis Feithlaan 120 (
Ring_Voordeur_20221202_2330_).Ik herken mij op de beelden.
Een beeldopname, te weten beveilingscamerabeelden van Golden Tulip te Alkmaar (entree rechts;02-12-2022 23:24:49 tot 23:27:32), bestandsnaam: 20221203001317059_SF-NVR6232A-4K1620200826CCRRE73936599WCVU_Golden Tulip Nieuw 1_54
.
Een beeldopname, te weten beveiligingscamerabeelden van Golden Tulip te Alkmaar (buiten links;02-12-2022 23:25:07 tot 23:27:22), bestandsnaam: 20221203001317059_SF-NVR6232A-4K1620200826CCRRE73936599WCVU_Golden Tulip Nieuw 1_54.
Een proces-verbaal van aangifte (pagina 85 e.v.). Dit proces-verbaal houdt – zakelijk weergegeven – onder meer in als de op 3 december 2022 door aangever [benadeelde] ten overstaan van een verbalisant afgelegde verklaring:
Ik ben eigenaar van Golden Tulpen hotel en van restaurant Kokusai gelegen aan de Acadialaan 2 te Alkmaar. Op vrijdag 2 december 2022 omstreeks 23.25 uur wilde ik het restaurant afsluiten. Op het moment dat ik het alarm erop had gezet en de schuifdeur middels de sleutel had afgesloten, zag ik een voor mij onbekend persoon, in het donker gekleed op mij afkomen. Hierna te noemen NN1. Ik zag dat NN1 een zaklamp in zijn hand had en in mijn gezicht scheen. Ik hoorde NN1 schreeuwen: "Geef je geld, geef je geld". Ik zei dat ik geen geld had omdat al het geld in de kluis 1ag. De afstand tussen mij en NN1 was op dat moment ongeveer 1 meter. Ik zag op de parkeerplaats nog een jongen in het zwart gekleed stond, hierna te noemen NN2. Ik had sterk het gevoel dat deze jongen bij NN1 hoorde. Ik heb vervolgens direct meerdere malen luidkeels om hulp geroepen. Ik zag dat NN1 op mij af kwam en mij met zijn rechterarm een vuistslag wilde geven. Ik heb NN1 van mijn af proberen te slaan. Ik zag dat NN1 hierop met zijn rechterhand een mes uit zijn jas pakte en deze in mijn richting wees. Ik hoorde NN1 wederom zeggen: "Ik wil je geld" of woorden van gelijke strekking. Toen ik het
mes zag ben ik direct weggerend in de richting van het Golden Tulp Hotel, ik probeerde het hotel in te vluchten alleen de deur was op slot. Terwijl ik rende bleef ik om hulp roepen. Ik zag dat NN1 achter mij aan rende. Ik voelde dat NN1 mij vastpakte en mij en aan mijn jas trok, hierdoor ben ik op de grond gevallen. Ik had mijn portemonnee in mijn linker broekzak zitten. Ik had mijn linkerhand op mijn portemonnee zodat NN1 deze niet kon pakken. Ik zag dat NN1 over mij heen boog en ik hoorde hem zeggen: "Doe maar rustig ik wil alleen je geld" Terwijl ik op de grond lag zag ik dat NN1 het mes nog steeds in zijn hand had en ik voelde dat hij met zijn andere hand in mijn zakken probeerde te komen. Ik probeerde vervolgens op weer op te
staan maar ik werd toer. weer omver geduwd door NN1. Hierna is NN1 het parkeerterrein
afgerend en de weg overgestoken in de richting van de Huibert Pootlaan.
Een proces-verbaal van bevindingen (pagina 120 e.v.). Dit proces-verbaal houdt – zakelijk weergegeven – onder meer in als relaas van bevindingen van een verbalisant:
In onderzoek Lantana zijn de historische telecomgegevens opgevraagd van het mobiele nummer [telefoonnummer 1] . Genoemd telefoonnummer is vermoedelijk in gebruik bij [medeverdachte].
Door mij. verbalisant. is de periode 2 december 2022 te 00 00 uur tot en met 3 december 2022 te 3:59 uur geselecteerd. Het volgende is door mij, verbalisant, geconstateerd:
De gebruiker van het mobiele nummer [telefoonnummer 1] komt op 2 december 2022 vanaf 16:00 vanuit Montfoort-Eindhoven-Utrecht-Amsterdam-Wormer-Castricum naar Alkmaar.
Rond 22:40 uur maakt het nummer verbinding met CELL ID KPN-008448288, Locatienaam 4G Adres M STOKELN 112-270 Plaats ALKMAAR.
Vervolgens tot 3-12-2022 te 00:25:38 uur geen verbindingen met CELL ID S Dan weer verbinding met CELL ID KPN-008448288, Locatienaam 4G Adres M STOKELN 112-270 Plaats ALKMAAR.
Dan tot 05:21:09 uur te Alkmaar CELL ID KPN-004180767 Locatienaam 4G Adres BERGERWEG 62 Plaats ALKMAAR.
Via Overveen-Haarlem-Amsterdam-Weert omstreeks 10:36 uur in Montfoort.
Bel —en sms contacten
Richting
Dienst
Datum
Starttijd
Telefoonnummer
Naam abonnee
Uitgaand
Gesprek
2-12-2022
21:30:01
[telefoonnummer 2]
[verdachte]
Uitgaand
Gesprek
2-12-2022
22:25:05
[telefoonnummer 2]
[verdachte]
Uitgaand
Gesprek
2-12-2022
22:33:45
[telefoonnummer 2]
[verdachte]
Uitgaand
Gesprek
3-12-2022
07:13:26
[telefoonnummer 2]
[verdachte]
Uitgaand
Gesprek
3-12-2022
07:45:06
[telefoonnummer 2]
[verdachte]
Een proces-verbaal van bevindingen (pagina 130 e.v.). Dit proces-verbaal houdt – zakelijk weergegeven – onder meer in als relaas van bevindingen van een verbalisant:
Te zien is dat de gebruiker van het mobiele nummer [telefoonnummer 2] , volgens het Ciot afgegeven aan [verdachte] , [adres 2] , op december te 23:33:45 uur, contact heeft gemaakt met Cell ID KPN-313050795, [adres 3] Dit betrof een belcontact met de gebruiker van het mobiele nummer [telefoonnummer 1] . In onderzoek Lantana is vastgesteld dat verdachte [medeverdachte] de gebruiker is van dit mobiele nummer.
Het volgende contact is een datacontact te 23:43:24 uur. Te zien is dat de gebruiker van het mobiele nummer [telefoonnummer 2] op 2 december 2022 te 23:43:24 uur contact heeft gemaakt met Cell ID KPN-008448298, Melis Stokenlaan 112-270 te Alkmaar. Dit betrof een data contact. Beide Cell ID’s geven dekking aan het gebied waarin de plaats delict, Arcadialaan 2 te Alkmaar, valt.’
Vervolgens is te zien dat de gebruiker ná het tijdstip van de beroving/overval (2 december 2022 omstreeks 23:30 uur) verplaatst naar het centrum van Alkmaar en dat op 3 december 2022 te 01:57:14 uur er contact gemaakt is met Cell ID KPN-003973389, Dijk 16 te Alkmaar. Genoemde Cell ID geeft dekking aan de binnenstad/centrum van Alkmaar. Tot 3 december 2022 te 04:56:45 uur is er voornamelijk contact gemaakt met Cell ID Ook is er contact gemaakt met een Cell ID op de Bergerweg 62 te Alkmaar en het Canadaplein 2 te Alkmaar. Beiden Cell ID's geven dekking aan de binnenstad van Alkmaar. Vanaf 3 december 2022 te 04:56:45 uur is er contact gemaakt met een Cell ID KPN-011246368, Helderse weg 28 te Alkmaar en de Bergerweg 62 te Alkmaar. (zie onderstaande afbeelding)
Te 06:49:56 uur is er contact gemaakt met een Cell ID KPN-016084767, A. Hofmanweg 1 te Haarlem.
Een proces-verbaal van verhoor (los aan het dossier gevoegd). Dit proces-verbaal houdt – zakelijk weergegeven – onder meer in als de op 14 maart 2023 door de verdachte ten overstaan van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, afgelegde verklaring:
U zegt dat ik volgens de politie samen met [medeverdachte] en ene [betrokkene] op 18 november ben aangehouden en dat we toen volgens [betrokkene] op weg waren naar Alkmaar. Ja, dat klopt. Ik ken [medeverdachte] , want ik heb samen met hem in Montfort gewoond. Misschien was ik wel op 2 december in Alkmaar, maar niet samen met [medeverdachte] of misschien wel.