Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 8 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene voor het rechts inhalen waar dat verboden is. Betrokkene had eerder beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie was wel aanwezig en handhaafde de beslissing.
De kantonrechter overwoog dat de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, voldoende was komen vast te staan. Betrokkene was van mening dat hij ten onrechte niet was staande gehouden, maar de kantonrechter stelde vast dat de ambtenaar in dit geval niet de mogelijkheid had om de bestuurder staande te houden, omdat hij in burger gekleed was en geen stopmiddelen tot zijn beschikking had. Dit leidde tot de conclusie dat de sanctie aan de kentekenhouder mocht worden opgelegd.
De kantonrechter verwierp het verweer van de gemachtigde en oordeelde dat er onvoldoende feiten en omstandigheden waren aangevoerd die aanleiding gaven om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. De boete was terecht opgelegd en er was geen reden om de boete te matigen. Het beroep werd ongegrond verklaard en het verzoek om vergoeding van proceskosten werd afgewezen. De uitspraak werd openbaar gedaan door de kantonrechter, bijgestaan door de griffier.