ECLI:NL:RBNHO:2023:11459

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
9 november 2023
Publicatiedatum
14 november 2023
Zaaknummer
10588495 BM VERZ 23-1451 en 10588496 MB VERZ 23-347
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming professionele bewindvoerder en mentor in plaats van echtgenote na bezwaren van dochter

In deze zaak heeft de kantonrechter op 9 november 2023 een beschikking gegeven met betrekking tot de benoeming van een professionele bewindvoerder en mentor voor de heer [betrokkene], geboren in 1949. Het verzoek tot benoeming van de echtgenote van betrokkene werd afgewezen vanwege de verstoorde relatie tussen de echtgenote en de dochter van betrokkene. De dochter had bezwaar gemaakt tegen de benoeming van haar moeder als bewindvoerder en mentor, en verzocht om een onafhankelijke professional. De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene, als gevolg van zijn geestelijke en lichamelijke toestand, niet in staat is zijn belangen adequaat te behartigen. De echtgenote heeft in het verleden onvoldoende rekening gehouden met de gezondheid van betrokkene, wat heeft geleid tot meerdere verhuizingen die schadelijk waren voor zijn welzijn. De kantonrechter heeft daarom besloten om F.M. Vonk van Quantum Bewindvoering als bewindvoerder en Kronenbrug B.V. als mentor aan te stellen. De jaarbeloning voor beide functies is vastgesteld op € 586,00, exclusief btw. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummers: 10588495 BM VERZ 23-1451
10588496 MB VERZ 23-347 jb
Uitspraakdatum: 9 november 2023

Beschikking van de kantonrechter

Op verzoek van:
[echtgenote] ,
geboren te [geboorteplaats] , [geboorteland] op [geboortedatum] 1979,
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: echtgenote,
met betrekking tot haar echtgenoot:
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] , [geboorteland] , op [geboortedatum] 1949,
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: betrokkene.

procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoek met bijlagen, ter griffie ingekomen op 3 juli 2023;
  • de aanvullende bijlagen op het verzoek, ingekomen op 6 juli 2023;
  • het verweer van [dochter van betrokkene] , hierna ook te noemen: dochter, ingekomen op 14 juli 2023;
  • de reactie met bijlagen van de echtgenote, ingekomen op 18 augustus 2023;
  • het verweer met bijlagen alsmede houdend een zelfstandig verzoek van mr. N.T. Vogelaar, ingekomen op 21 september 2023;
  • de daaropvolgende reactie met bijlagen van de echtgenote, ingekomen op 25 oktober 2023.
Op 1 november 2023 heeft een mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden. Daarbij waren aanwezig: de echtgenote, de betrokkene en mw. M.C. Koffy die als vertaler voor de echtgenote optrad en de dochter, bijgestaan door haar gemachtigde mr. Vogelaar.

beoordeling

Het verzoek strekt tot instelling van bewind over de goederen die aan betrokkene (zullen) toebehoren en tot instelling van een mentorschap ten behoeve van betrokkene met benoeming van de echtgenote tot bewindvoerder en mentor.
De dochter heeft bezwaar gemaakt tegen het verzoek en de kantonrechter verzocht haar tot mentor en bewindvoerder te benoemen danwel een onafhankelijke bewindvoerder en
-mentor te benoemen.
Gelet op de stukken en afgelegde verklaringen acht de kantonrechter het voldoende aannemelijk dat betrokkene als gevolg van zijn geestelijke of lichamelijke toestand tijdelijk of duurzaam niet in staat is of bemoeilijkt wordt ten volle zijn vermogensrechtelijke en niet-vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen.
De kantonrechter dient nu te beoordelen wie tot bewindvoerder en mentor moet worden benoemd.
De kantonrechter zal ambtshalve een professionele bewindvoerder en een professionele mentor benoemen. De kantonrechter licht dit als volgt toe.
Betrokkene kampt in ieder geval sinds eind 2021 met cognitieve beperkingen op verschillende deelgebieden en een hoge verdenking op een dementieel proces (productie 10). Op 17 maart 2023 is door het CIZ een Besluit tot opname en verblijf (artikel 21 WZD) afgegeven en is ook een Indicatiebesluit afgegeven voor 24 uurs zorg voor onbepaalde tijd (beschermd wonen met intensieve dementiezorg).
De echtgenote woonde met betrokkene op [land] . Zij hebben samen een zoon van 6 jaar oud. In overleg met de dochter heeft de echtgenote betrokkene omstreeks maart 2022 op het vliegtuig naar [land] gezet.
Uit de stukken en hetgeen op de mondelinge behandeling is besproken blijkt dat de echtgenote - in ieder geval in de afgelopen maanden - onvoldoende rekening houdt met de gezondheid en de belangen van betrokkene. Zij heeft betrokkene na de verhuizing van [land] naar [land] nogmaals laten verhuizen van [plaats] naar [plaats] . Vervolgens is hij van een logeeradres in [plaats] verhuisd naar een zorginstelling in [plaats] . Nu wil zij hem tijdelijk bij haar laten wonen in een huurwoning in [plaats] , en tenslotte wil zij met hem terugkeren naar [land] . Het lijdt geen twijfel dat dit de gezondheid van betrokkene schaadt.
Uit de feiten blijkt dat de dochter haar vader eind 2021 op [land] heeft opgezocht. Hij bleek in die periode alleen in de woning te zijn. Zij trof haar vader vermagerd en onvoldoende verzorgd aan. De echtgenote verbleef voor een periode van tenminste drie maanden in de [land] . Weliswaar stelt zij met een kennis afgesproken te hebben om haar echtgenoot in de gaten te houden, uit de stukken blijkt dat er onvoldoende verzorging aanwezig was. De dochter heeft daarover contact opgenomen met de echtgenote en heeft in overleg een traject in gang gezet om vader te verhuizen naar [land] . Zij heeft een plek voor hem geregeld in [plaats] bij [instelling] waar hij in maart 2022 is gaan wonen.
Betrokkene was op zijn plek bij [instelling] . De dochter heeft contact gehouden met de echtgenote en haar ook laten weten dat betrokkene haar en hun zoon miste. Zij heeft geprobeerd woonruimte voor de echtgenote en het kind te regelen in de buurt van betrokkene. De echtgenote kwam in september 2022 naar [land] en is toen gaan logeren in [plaats] bij [persoon] , een bekende van de familie. Aanvankelijk zegt de echtgenote toe betrokkene, die het naar zijn zin heeft bij [instelling] niet te verhuizen. Vanwege de afstand heeft de echtgenote – ondanks het negatieve advies van [instelling] - toch besloten dat betrokkene moest verhuizen naar [instelling] in [plaats] . Daar woont hij sinds 13 april 2023.
In de tussentijd is het contact tussen de dochter en de echtgenote verslechterd. De echtgenote verwijt de dochter dat zij zorgfraude heeft gepleegd en zich heeft voorgedaan als gemachtigde van vader. Voor zorgfraude bestaan echter geen concrete aanwijzingen. Daarnaast blijkt uit de feiten dat de echtgenote gedurende een aantal maanden de regie over de zorg aan de dochter heeft overgelaten, zodat het niet vreemd is dat de dochter bij de betrokken instanties stond geregistreerd als contactpersoon.
Het lijdt geen twijfel dat het aantal verhuizingen dat de echtgenote voor betrokkene heeft geregeld en op korte termijn wil doen plaatsvinden niet in het belang van betrokkene is. De echtgenote verklaart nu op de mondelinge behandeling dat zij nooit van plan is geweest voor altijd naar [land] te komen met haar echtgenoot, hetgeen niet te rijmen is met de gebeurtenissen, de stukken en diverse verklaringen die daarin terug te vinden zijn.
Gezien het voorgaande zal de kantonrechter de echtgenote niet als mentor benoemen. De kantonrechter heeft er ook onvoldoende vertrouwen in dat de echtgenote in de rol van bewindvoerder de belangen van betrokkene voldoende in acht zal nemen. Zij heeft dat in de afgelopen periode immers onvoldoende gedaan en niet valt uit te sluiten dat financiële overwegingen daar een rol in hebben gespeeld. Aan de volmacht die de echtgenote door betrokkene heeft laten ondertekenen kort voor zijn vertrek naar [land] , komt gezien de wilsonbekwaamheid van betrokkene geen betekenis toe.
Ook de dochter zal niet als mentor of bewindvoerder worden benoemd, gezien de verstoorde verhoudingen met de echtgenote.
Omdat de echtgenote de Nederlandse taal niet beheerst wordt een bewindvoerder benoemd die de Spaanse taal spreekt.
De kantonrechter zal de jaarbeloning van de te benoemen bewindvoerder, inclusief onkostenvergoeding en exclusief omzetbelasting voor zover van toepassing, vaststellen overeenkomstig artikel 3 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren.
De kantonrechter zal de beloning van de te benoemen bewindvoerder voor de aanvangswerkzaamheden vaststellen op een bedrag van € 586,00 (exclusief btw).
De kantonrechter zal de jaarbeloning van de te benoemen mentor, inclusief onkostenvergoeding en exclusief omzetbelasting voor zover van toepassing, vaststellen overeenkomstig artikel 4 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren.
De kantonrechter zal de beloning van de te benoemen mentor voor de aanvangswerkzaamheden vaststellen op een bedrag van € 586,00 (exclusief btw).
Ter zitting is vastgesteld dat betrokkene niet in staat is om de rekening en verantwoording te begrijpen en te controleren.

beslissing

De kantonrechter:
  • stelt de goederen, die (zullen) toebehoren aan eerder genoemde [betrokkene] onder bewind wegens zijn geestelijke of lichamelijke toestand;
  • benoemt tot bewindvoerder: F.M. Vonk h.o.d.n. Quantum Bewindvoering, Kvkno. 88527239, correspondentieadres: Postbus 1 te 1730 AA Winkel;
  • stelt de jaarbeloning van de bewindvoerder vast overeenkomstig artikel 3 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren;
  • stelt de beloning van de bewindvoerder voor de aanvangswerkzaamheden vast op een bedrag van € 586,00 (exclusief btw);
  • stelt eveneens een mentorschap in ten behoeve van eerder genoemde [betrokkene] ;
  • benoemt tot mentor: Kronenbrug B.V., Kvkno. 63958422, correspondentieadres: Postbus 408, 1900 AK Castricum;
  • stelt de jaarbeloning van de mentor vast overeenkomstig artikel 4 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren;
  • stelt de beloning van de mentor voor de aanvangswerkzaamheden vast op een bedrag van € 586,00 (exclusief btw).
Deze beschikking is gegeven door mr. A.E. Merkus, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak (dit dient te geschieden door een advocaat). OBB04