In deze zaak heeft eiseres, een vennootschap onder firma, beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Hoorn, betreffende de beschikking Wet waardering onroerende zaken 2021. Eiseres stelde dat zij de brief van de rechtbank, waarin om een kopie van de volmacht en een uittreksel uit het handelsregister werd gevraagd, niet had ontvangen. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat deze brief op de juiste wijze was afgehaald van een PostNL-locatie. De rechtbank overweegt dat de ontvankelijkheid van het beroep ambtshalve moet worden beoordeeld voordat het beroep inhoudelijk kan worden behandeld. Eiseres was op 27 juli 2023 uitgenodigd voor de zitting, meer dan drie weken voor de zittingsdatum, en de rechtbank concludeert dat er geen nadere eisen aan de uitnodiging worden gesteld. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk omdat eiseres niet tijdig de gevraagde stukken heeft ingediend. De rechtbank wijst ook het verzoek om vergoeding van immateriële schade af, omdat de beweerdelijk gemachtigde niet gerechtigd was om namens eiseres beroep in te stellen. De uitspraak is gedaan op 1 november 2023.