2.2Het beroep is ongegrond. Omdat het beroep ongegrond is, is er geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen. Hierna legt de voorzieningenrechter uit hoe hij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
3. De gemeenteraad heeft in 2020 een Plan van Aanpak vastgesteld voor de reconstructie van fietspaden op Texel. Het doel hiervan is het realiseren van een upgrade van de fietsinfrastructuur op Texel, zodat deze berekend is op het huidige en toekomstige fietsverkeer. De Rommelpot is een smalle weg in het buitengebied van Den Hoorn die per 1 januari 2023 in de 60 km/uur zone ligt. Er ligt naast de weg een vrijliggend fietspad van twee meter breed, wat te smal is voor het hedendaagse snelle en brede fietsverkeer. Het fietspad is onderdeel van de route om van veerhaven langs de duinen te fietsen tot de vuurtoren.
4. Verweerder heeft, voor zover van belang, besloten het onverplichte fietspad langs de Rommelpot op te heffen, eenrichtingsverkeer in te stellen op de Rommelpot van 100 meter na de kruising met Jan Ayeweg tot Lagewegje met de rijrichting naar Jan Ayeweg door het plaatsen van de borden C2, C3 en C4, bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en een verplicht fietspad in te stellen voor het nieuw gemaakte fietspad langs de Rommelpot tussen Jan Ayeweg en Lagewegje door het plaatsen van de borgen G11 en G12, bijlage 1 van het RVV 1990.
Aan dit besluit heeft verweerder ten grondslag gelegd dat deze maatregelen worden genomen in verband met het verzekeren van de veiligheid op (en de bruikbaarheid van) de weg, evenals het beschermen van weggebruikers (artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994)), in het bijzonder de veiligheid voor het fietsverkeer, maar ook de leefbaarheid op Texel en de toeristische waarde op Texel. Het huidige vrijliggende fietspad van circa twee meter breed is te smal voor het hedendaagse snelle en brede fietsverkeer, waardoor de fietsers nu ook gebruik maken van de rijweg, wat leidt tot een onduidelijke en onveilige situatie. Het fietspad grenst aan Natura 2000-gebied met een gekwalificeerd habitat (grijs duin) waardoor het niet mogelijk is om over de gehele lengte een breder fietspad te maken op de bestaande locatie van het fietspad (richting duingebied). Door de verbreding van het fietspad wordt de Rommelpot voor autoverkeer te smal om het tweerichtingsverkeer te handhaven. Het is daarom noodzakelijk om hier eenrichtingsverkeer voor auto’s in te stellen. Deze maatregel strekt mede tot het voorkomen en beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede gevolgen voor het milieu (waaronder natuur). Langs de Rommelpot liggen relatief gezien weinig woon- en/of bedrijfspercelen. De belangen van aanwonenden en aanliggende bedrijven/bedrijfspercelen liggen op het vlak van bereikbaarheid en veiligheid. Door de reconstructie neemt de verkeersintensiteit voor wat betreft autoverkeer niet toe, maar eerder af. Er zijn voldoende alternatieve toegangswegen, waaronder de Westerweg, het Lagewegje en de Oudeweg, waardoor de bereikbaarheid van de woningen en percelen middels autoverkeer niet onevenredig wordt belemmerd.
5. Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, zie bijvoorbeeld de uitspraak van 16 maart 2022, ECLI:NL:RVS:2022:759, komt een bestuursorgaan bij het nemen van een verkeersbesluit beoordelingsruimte toe bij de uitleg van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wvw 1994 genoemde begrippen. De rechter toetst of het bestuursorgaan geen onredelijk gebruik heeft gemaakt van die beoordelingsruimte. Nadat het bestuursorgaan heeft vastgesteld welke verkeersbelangen in welke mate naar zijn oordeel bij het besluit dienen te worden betrokken, dient het die belangen tegen elkaar af te wegen. Daarbij komt het bestuursorgaan beleidsruimte toe. De bestuursrechter toetst of de voor een of meer belanghebbenden nadelige gevolgen van het verkeersbesluit niet onevenredig zijn in verhouding tot de met dat besluit te dienen doelen. 6. Tussen partijen is niet in geschil dat het verkeersbesluit de hiervoor genoemde verkeersbelangen dient. In geschil is of de nadelige gevolgen van het verkeersbesluit voor eiser onevenredig zijn in verhouding tot de verkeersbelangen en of er een alternatief mogelijk is. Ook is in geschil of belanghebbenden voldoende bij de voorbereiding van het verkeersbesluit zijn betrokken.
Zijn de nadelige gevolgen van het versmallen van de Rommelpot voor eiser onevenredig in verhouding tot de met dat besluit te dienen doelen?