ECLI:NL:RBNHO:2023:10521

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
19 september 2023
Publicatiedatum
20 oktober 2023
Zaaknummer
10579956 \ WM VERZ 23-397
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie voor parkeren op een parkeerplaats met een ander doel dan aangegeven

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, op 19 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen voor het parkeren op een parkeerplaats die uitsluitend bedoeld was voor het opladen van elektrische voertuigen, zoals aangegeven door een bord E4 met een onderbord 'alleen opladen'. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 19 september 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar de betrokkene zelf was niet verschenen. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en de argumenten van de betrokkene, waaronder het bezit van een ontheffing, overwogen. De kantonrechter concludeerde dat het voertuig van de betrokkene niet werd opgeladen, wat in strijd was met de parkeerregels. De kantonrechter heeft daarom het beroep ongegrond verklaard en de boete gehandhaafd. De uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknummer : 10579956 \ WM VERZ 23-397
CJIB-nummer : 247627297
Uitspraakdatum : 19 september 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 19 september 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: parkeren op parkeergelegenheid met ander doel dan aangegeven wijze.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft aangevoerd dat zij in het bezit is van een ontheffing. Daarnaast heeft betrokkene verzocht om foto’s van de gedraging.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.
Uit het zaakoverzicht, in combinatie met de foto’s in het dossier, blijkt dat het voertuig van de betrokkene stond geparkeerd op een parkeerplaats voorzien van een bord E4 met een onderbord ‘alleen opladen’. Het onderbord houdt in dat ter plaatse slechts mag worden geparkeerd met het doel om een (elektrisch) voertuig op te laden. Niet in geding is dat het voertuig van de betrokkene niet werd opgeladen. Gelet daarop is de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, verricht. Dat betrokkene in het bezit zou zijn van een ontheffing, maakt
dit niet anders. De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen. Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: