Op 25 september 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, uitspraak gedaan in een zaak waarin eisers een handhavingsverzoek hadden ingediend tegen de warmtepomp van hun buurman, derde-partij. De eisers stelden geluidsoverlast te ervaren van de warmtepomp en vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter oordeelde dat de geluidsnormen, zoals vastgelegd in het Bouwbesluit 2012, niet van toepassing waren omdat de warmtepomp vóór de inwerkingtreding van de nieuwe geluidsnormen was geplaatst. De voorzieningenrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. De rechtbank concludeerde dat er geen overtreding van de geluidsnormen was en dat de gemeente niet verplicht was om handhavend op te treden. De uitspraak benadrukte dat burenconflicten over geluidsoverlast in eerste instantie onderling opgelost moeten worden, en dat de bestuursrechter alleen kan toetsen of er een norm is overtreden. De eisers kregen geen vergoeding van proceskosten en het griffierecht werd niet teruggegeven. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. E. Jochem, in aanwezigheid van griffier drs. A.F. Hermus-Zoetmulder.