ECLI:NL:RBNHO:2022:9910

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
26 oktober 2022
Publicatiedatum
9 november 2022
Zaaknummer
10043719 \ CV EXPL 22-3770
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toetsing van de rechtsgeldigheid van een overeenkomst op afstand en de verplichtingen van de handelaar

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 26 oktober 2022 een verstekvonnis gewezen in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap Capaccs Invest 2 B.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. De eisende partij heeft de gedaagde partij gedagvaard op basis van een overeenkomst op afstand, waarbij de kantonrechter ambtshalve heeft getoetst of de wettelijke informatieplichten zijn nageleefd. De vordering was gebaseerd op de artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek, die bescherming bieden aan consumenten bij het sluiten van overeenkomsten op afstand.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de bestelknop die door de eisende partij werd gebruikt, niet voldeed aan de vereisten van artikel 6:230v lid 3 BW. Dit artikel vereist dat de handelaar het bestelproces zo moet inrichten dat de consument duidelijk wordt gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. De kantonrechter oordeelde dat de woorden op de bestelknop onvoldoende duidelijkheid boden en dat er geen duidelijke mededeling was gedaan over de betalingsverplichting. Hierdoor was de overeenkomst vernietigbaar.

De kantonrechter heeft de vordering van de eisende partij afgewezen en geoordeeld dat de gedaagde partij niet gebonden was aan de betalingsverplichting. De eisende partij werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die voor de gedaagde partij op nihil werden vastgesteld. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 10043719 \ CV EXPL 22-3770
Uitspraakdatum: 26 oktober 2022
Verstekvonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Capaccs Invest 2 B.V.
gevestigd te Eindhoven
de eisende partij
gemachtigde: Active Collecting Control & Services B.V.
tegen
[gedaagde]
wonende te [plaats]
de gedaagde partij
niet verschenen

1.Het procesverloop

1.1.
De eisende partij heeft de gedaagde partij gedagvaard. Tegen de gedaagde partij is verstek verleend.

2.De beoordeling

2.1.
De vordering is gebaseerd op een overeenkomst op afstand tussen een handelaar en een consument. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten moet de handelaar voldoen aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek (BW). Dit ter bescherming van de consument. De handelaar moet gemotiveerd stellen en onderbouwen dat aan deze plichten is voldaan. De kantonrechter moet er ambtshalve op toezien dat die voorschriften worden nageleefd, dus ook als er geen verweer is gevoerd. Zie, onder meer, het arrest van de Hoge Raad van 12 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1677).
2.2.
Artikel 6:230v lid 3 BW is toegesneden op overeenkomsten die op elektronische wijze worden gesloten, zoals de onderhavige overeenkomst. In dit artikellid is als bijzondere verplichting bepaald dat de handelaar het elektronische bestelproces zo moet inrichten dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt.
2.3.
Om te beoordelen of de handelaar aan deze verplichting heeft voldaan, moet alleen rekening worden gehouden met de woorden
opde bestelknop waarmee de consument het bestelproces afrondt. Zie het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 7 april 2022 (ECLI:EU:C:2022:269).
2.4.
Uit de toelichting en stukken blijkt dat op de bestelknop die de eisende partij hanteert, de woorden “
bestelling afronden” staan. Daarmee is naar het oordeel van de kantonrechter geen duidelijke mededeling gedaan dat de consument met het aanklikken van die knop een betalingsverplichting aangaat. De eisende partij heeft nog gesteld dat de bestelknop is gepositioneerd na het kiezen van de te gebruiken betaalmethode en na accordering van de algemene voorwaarden, maar dit maakt het oordeel niet anders. Er mag immers geen acht worden geslagen op de verdere omstandigheden van het bestelproces. Er is dan ook niet voldaan aan de verplichting van artikel 6:230v lid 3 BW. Als gevolg daarvan is de overeenkomst vernietigbaar.
2.5.
De overeenkomst wordt vernietigd voor wat betreft de betalingsverplichting van de gedaagde partij. Immers, op grond van artikel 8 lid 2 van de Richtlijn consumentenrechten (Richtlijn 2011/83/EU) is (alleen) de consument niet gebonden aan de overeenkomst of bestelling als de bestelknop niet volstaat. De gedaagde partij is de gevorderde hoofdsom daarom niet verschuldigd. De eisende partij zal niet meer in de gelegenheid worden gesteld om te reageren op deze gedeeltelijke vernietiging. Het gebrek aan de bestelknop kan namelijk niet worden gerepareerd en de kantonrechter ziet geen ruimte voor een andere sanctie. Aan ambtshalve toetsing van de overige (pre)contractuele informatieplichten komt de kantonrechter niet toe.
2.6.
De vordering wordt afgewezen, waarbij overigens wordt opgemerkt dat de eisende partij haar verplichtingen uit de overeenkomst nog wel moet nakomen.
2.7.
De proceskosten komen voor rekening van de eisende partij, omdat zij ongelijk krijgt. Deze worden aan de kant van de gedaagde partij tot en met vandaag vastgesteld op nihil.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
veroordeelt de eisende partij tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor de gedaagde partij worden vastgesteld op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.M. Kruithof en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter