Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1]
[eiser 2]beiden wonende te [plaats]
1.Het verdere procesverloop
2.De verdere beoordeling
een luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert of voornemens is uit te voeren in het kader van een overeenkomst met een passagier of namens een andere natuurlijk of rechtspersoon die een overeenkomst heeft met die passagier’. De vervoerder voert aan dat de passagiers via Supersaver Travel B.V. bij Thai Airways twee vluchten hebben geboekt, te weten een vlucht van Amsterdam via Stockholm naar Bangkok en een vlucht van Bangkok via Stockholm naar Amsterdam. Hierbij heeft de vervoerder toegelicht dat hij voor Thai Airways het traject van Amsterdam naar Stockholm en het traject van Stockholm naar Amsterdam zou verzorgen. Volgens de vervoerder was Thai Airways echter verantwoordelijk voor de uitvoering van de vluchten. Dat de vervoerder een deel van de vlucht voor Thai Airways zou verzorgen, doet op grond van het Wirth/ Thomson Airways-arrest niet af aan het feit dat Thai Airways kwalificeert als de luchtvaartmaatschappij die de (geannuleerde) vlucht uitvoert (had moeten uitvoeren), aldus de vervoerder, zodat de passagiers bij Thai Airways moeten zijn. Dit betoog slaagt niet. De kantonrechter overweegt daartoe het volgende.
28 Wat de vraag betreft wie aansprakelijk is voor de betaling van de compensatie die verschuldigd is in geval van langdurige vertraging bij aankomst van rechtstreeks aansluitende vluchten, zoals die in het hoofdgeding, heeft het Hof verduidelijkt dat elke luchtvaartmaatschappij die ten minste één van deze rechtstreeks aansluitende vluchten heeft uitgevoerd deze compensatie verschuldigd is, ongeacht of de door haar uitgevoerde vlucht al dan niet aan de basis lag van de langdurige vertraging waarmee de passagier op zijn eindbestemming is aangekomen (zie in die zin arrest van 11 juli 2019, České aerolinie, C‑502/18, EU:C:2019:604, punten 20‑26).
SK556 SAS Operated by SAS), terwijl de vervoerder ook heeft erkend dat hij het traject van Amsterdam naar Stockholm en vice versa zou uitvoeren. Dat dit deel van de vlucht niet aan de basis lag van de annulering, is gelet op de jurisprudentie van het Hof niet relevant. De vervoerder kan dus, overeenkomstig de beschikking van het Hof van 12 november 2020, als de ‘luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert’ worden aangemerkt. Dit geldt ook ten aanzien van de terugvlucht van de passagiers.
Het gevorderde bedrag is gelijk aan het volgens het Besluit berekende tarief dat paste bij de totale hoofdsom, voordat de zaken voor de verschillende passagiers werden gesplitst. In de onderhavige zaak zal daarom het tarief worden toegewezen dat past bij de hoofdsom van deze zaak, te weten een bedrag van € 516,84. De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is ook toewijsbaar, met dien verstande dat deze wordt toegewezen vanaf de datum van de dagvaarding, omdat de passagiers in elk geval vanaf die datum daarop aanspraak kunnen maken en gesteld noch gebleken is dat dit ook al vanaf een eerdere datum kon.
3.De beslissing
griffierecht € 244,00;
salaris gemachtigde € 747,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening;