Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
2.De feiten
IN AANMERKING NEMENDE:
VERKLAREN ALS VOLGT:
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, staat de vraag centraal of de gedaagden, Intermed Advies B.V. en De Houtrak Project Ontwikkeling B.V. (DHPO), verplicht zijn om een woning voor de eiser te (laten) bouwen. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. H.W.A. Huijzer, heeft in 2017 erfpachtrecht verkregen op bepaalde percelen grond en wenste daar een nieuw woonhuis te laten bouwen. In 2018 en 2019 zijn er intentieverklaringen en leningsovereenkomsten gesloten tussen de eiser en Intermed, waarbij afspraken zijn gemaakt over de bouw van de woning. Echter, de rechtbank oordeelt dat de gedaagden niet verplicht zijn om de woning te bouwen, omdat er opschortende voorwaarden zijn afgesproken die nog niet zijn vervuld. Hierdoor kan de eiser de overeenkomst niet gedeeltelijk ontbinden en kan hij ook geen ontbindingsschade vorderen. De rechtbank wijst de vorderingen van de eiser af en veroordeelt hem in de proceskosten van de gedaagden, die zijn begroot op € 10.628,-. Dit vonnis is uitgesproken op 20 juli 2022.