Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procesverloop
2.Beoordeling
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige materiële schade;
- acute maatschappelijke teloorgang.
3.Beslissing
17 oktober 2022;
Rechtbank Noord-Holland
Op 28 september 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, een beschikking gegeven inzake de voortzetting van de inbewaringstelling van een betrokkene, geboren op een niet gespecificeerd geboortedatum. Het verzoek tot voortzetting is ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) op basis van artikel 37 van de Wet zorg en dwang. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de betrokkene, veroorzaakt door een psychogeriatrische aandoening, namelijk de ziekte van Alzheimer en een vasculaire ziekte. Dit leidde tot de conclusie dat de betrokkene ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade, ernstige materiële schade en acute maatschappelijke teloorgang kon ondervinden.
Tijdens de mondelinge behandeling op 28 september 2022 zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf, zijn advocaat, een specialist ouderengeneeskunde, een verzorgende, en familieleden. De advocaat van de betrokkene betwistte de geldigheid van het onderzoek door de psychiater, dat via videobellen had plaatsgevonden. De rechtbank oordeelde echter dat, ondanks de gebreken in het onderzoek, het niet in het belang van de betrokkene was om de beslissing aan te houden voor aanvullend onderzoek, gezien de aanwezigheid van deskundigen en de goede verbinding tijdens het onderzoek.
De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling voor de duur van drie weken, tot en met 17 oktober 2022, om ervoor te zorgen dat de betrokkene niet in gevaar zou komen. De rechtbank wees het verzoek voor het overige af. De beschikking is openbaar uitgesproken door rechter mr. E.C.M. van Mierlo, met mr. T. Alexander als griffier.