Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde 1]
[gedaagde 2]
1.Het procesverloop
2.De feiten
Heb het doorgegeven aan [gedaagde 2]’
Rond half 4 komt [naam 1] langs’
3.De vordering
4.Het verweer en de tegenvordering
5.De beoordeling
het voor elkaar heeft”, dat de rolluiken worden hersteld en dat er “
nieuwe kappen en nieuwe lamellen” komen. Kennelijk oordeelt [gedaagden] op dat moment, in overleg met de leverancier, dus al, dat de rolluiken niet voldoen aan de eisen die daaraan gesteld mogen worden. Op de zitting heeft [gedaagde 1] nog aangegeven dat hij dit alleen uit coulance heeft toegezegd, maar dat blijkt nergens uit. Pas veel later geeft [gedaagde 1] voor het eerst aan dat hij de herstelwerkzaamheden uit coulance heeft laten uitvoeren. Als de herstelwerkzaamheden echt uit coulance zouden zijn gedaan, had het op de weg van [gedaagden] gelegen om dat ook zo te vermelden en [eiser] te waarschuwen dat de schade was veroorzaakt door zijn eigen handelen, zodat het na het herstel niet opnieuw zou gebeuren. Dit is echter niet gemeld, althans dat is gesteld noch gebleken.
6.De beslissing
dagvaarding € 105,31
griffierecht € 693,00
salaris gemachtigde € 746,00 ;