ECLI:NL:RBNHO:2022:8227

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
3 augustus 2022
Publicatiedatum
15 september 2022
Zaaknummer
9756366
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing loonvordering werknemer tegen stichting wegens gebrek aan arbeidsovereenkomst

In deze zaak vordert een werknemer, aangeduid als [gedaagde], loon van de stichting Texel Academy. De kantonrechter heeft de vordering afgewezen, omdat er geen arbeidsovereenkomst tussen de werknemer en de stichting bestaat. De werknemer had wel een arbeidsovereenkomst met het leerbedrijf De Taveerne en een beroepspraktijkovereenkomst met Stichting ROC. De kantonrechter oordeelt dat Texel Academy geen partij is bij deze overeenkomsten en dus niet verplicht is om loon te betalen. De werknemer had ook geen onrechtmatige daad van de stichting kunnen aantonen. De kantonrechter vernietigt het eerdere verstekvonnis en wijst de oorspronkelijke vordering af. De werknemer wordt veroordeeld in de proceskosten, met een specifieke regeling voor de nasalaris.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 9756366 \ CV EXPL 22-1433 (PA)
Uitspraakdatum: 3 augustus 2022
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de stichting
Stichting Texel Academy
gevestigd te Den Burg (gemeente Texel)
eisende partij in het verzet
verder te noemen: Texel Academy
gemachtigde: mr. M. Bosma
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde partij in het verzet
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. F. Huisman (DAS)
De zaak in het kort
In deze zaak vordert een werknemer loon van een stichting. De kantonrechter wijst de vordering af. De werknemer heeft geen arbeidsovereenkomst met de stichting. Er is ook geen sprake van een andere overeenkomst of een onrechtmatige daad. Dat betekent dat er geen grond is om de stichting te veroordelen tot betaling van loon.

1.Het procesverloop

1.1.
[gedaagde] heeft met een dagvaarding van 22 december 2021 een vordering ingesteld tegen Texel Academy. Texel Academy is niet verschenen, waarna Texel Academy in een verstekvonnis van 26 januari 2022 is veroordeeld. Op 8 maart 2022 is Texel Academy in verzet gekomen van dat verstekvonnis.
1.2.
Op 22 juni 2022 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht.

2.De feiten

2.1.
Texel Academy is een samenwerkingsverband gericht op het werven en opleiden van horecapersoneel voor ondernemers op Texel.
2.2.
[gedaagde] , geboren [geboortedatum] , heeft zich via Texel Academy aangemeld voor een koksopleiding op Texel.
2.3.
[gedaagde] heeft met de onderwijsinstelling Stichting ROC Kop van Noord-Holland (hierna: Stichting ROC) en met het leerbedrijf Restaurant De Taveerne (hierna: De Taveerne) een beroepspraktijkovereenkomst gesloten.
2.4.
Tussen [gedaagde] en De Taveerne is ook een arbeidsovereenkomst voor leerlingen gesloten. In artikel 5 van de arbeidsovereenkomst staat dat de leerling een loon ontvangt van
€ 653,21 bruto per maand, exclusief 8% vakantiebijslag.
2.5.
[gedaagde] heeft een huurovereenkomst zelfstandige woonruimte gesloten met stichting Woontij, ten behoeve van zijn verblijf op Texel tijdens de koksopleiding.
2.6.
Per 1 september 2020 is [gedaagde] gaan werken bij De Taveerne.
2.7.
Het (leer)dienstverband is geëindigd op 31 augustus 2021.

3.De vordering en het verweer

3.1.
[gedaagde] vordert dat Texel Academy wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 12.239,60 bruto aan loon. [gedaagde] heeft aan de vordering ten grondslag gelegd dat hij (ook) een arbeidsovereenkomst heeft gesloten met Texel Academy en dat door Texel Academy is gegarandeerd dat hij een loon op minimaal het niveau van een 21-jarige zou ontvangen. Volgens [gedaagde] heeft hij feitelijk een lager loon ontvangen, op basis van zijn leeftijd bij aanvang van het dienstverband, en is daarom te weinig loon betaald. [gedaagde] vordert naast loon ook wettelijke verhoging, rente en incassokosten.
3.2.
Texel Academy voert aan dat zij geen partij is bij de arbeidsovereenkomst en dat zij daarom niet kan worden veroordeeld tot betaling van loon. Texel Academy stelt dat zij alleen bemiddelt bij het regelen van de opleiding, het leerbedrijf en huisvesting. Volgens Texel Academy volgt uit haar algemene informatie, waarop [gedaagde] een beroep doet, geen garantie op een bepaald loon, maar slechts een uitnodiging om in onderhandeling te treden met een leerbedrijf. Verder merkt Texel Academy op dat [gedaagde] jonger was dan 18 jaar toen hij met de opleiding begon en dat de coronamaatregelen onvoorziene omstandigheden waren, waardoor het leerbedrijf niet meer in staat en bereid was om het minimumloon van een 21-jarige te bieden en te betalen.

4.De beoordeling

4.1.
Het gaat in deze zaak om de vraag of Texel Academy moet worden veroordeeld tot betaling van € 12.239,60 bruto aan loon.
4.2.
De kantonrechter is van oordeel dat de vordering van [gedaagde] moet worden afgewezen. Dat oordeel wordt hierna toegelicht.
4.3.
[gedaagde] stelt dat Texel Academy loon moet betalen op grond van een arbeidsovereenkomst tussen partijen. Die stelling gaat niet op. Gelet op de stukken moet als vaststaand worden aangenomen dat [gedaagde] alleen een (schriftelijke) arbeidsovereenkomst heeft gesloten met De Taveerne. Texel Academy is geen partij bij die overeenkomst. Er is dus geen arbeidsovereenkomst tussen partijen op grond waarvan Texel Academy verplicht is om loon te betalen. De vordering tot betaling van loon kan daarom niet worden toegewezen.
4.4.
Op de zitting heeft [gedaagde] , daarnaar gevraagd, het standpunt ingenomen dat er wel een overeenkomst tussen partijen bestaat, omdat Texel Academy bij [gedaagde] het vertrouwen heeft gewekt dat met haar een (arbeids)overeenkomst is aangegaan. Ook dat standpunt gaat niet op, om de volgende reden.
4.5.
Uit de stukken volgt dat [gedaagde] drie (schriftelijke) overeenkomsten heeft gesloten, namelijk een arbeidsovereenkomst met De Taveerne, een beroepspraktijkovereenkomst met Stichting ROC en De Taveerne, en een huurovereenkomst met Woontij. Texel Academy is bij geen van deze drie overeenkomsten partij. Een overeenkomst kan ook mondeling tot stand komen en soms zelfs op basis van gewekt vertrouwen, maar dat doet zich hier niet voor. Uit de door [gedaagde] zelf overgelegde stukken blijkt dat hij van Texel Academy algemene informatie heeft ontvangen, waarin wordt vermeld dat een leerling een contract tekent met het leerbedrijf, dat de leerling in dienst komt bij het leerbedrijf, en dat het leerbedrijf de arbeidsovereenkomst opstelt. Daaruit volgt voldoende duidelijk dat er alleen met het leerbedrijf, in dit geval De Taveerne, een arbeidsovereenkomst wordt aangegaan. Van een gewekt vertrouwen dat de arbeidsovereenkomst met Texel Academy wordt aangegaan, is dus geen sprake. Er is ook niet gebleken van een andere overeenkomst tussen partijen op grond waarvan Texel Academy tot betaling van loon zou moeten overgaan.
4.6.
[gedaagde] heeft zijn vordering niet gebaseerd op een onrechtmatige daad. Maar ook als de kantonrechter de vordering op die basis zou beoordelen, moet de conclusie zijn dat Texel Academy niet verplicht is om loon te betalen. [gedaagde] heeft onvoldoende gesteld om te kunnen oordelen dat Texel Academy onrechtmatig heeft gehandeld en op die grond schadeplichtig is. Het enkele feit dat Texel Academy in een algemene informatiebrief heeft vermeld dat het leerbedrijf het minimumloon van een 21-jarige zal betalen, levert geen onrechtmatige daad op van Texel Academy. Het gaat hier om algemene informatie en niet om een garantie of toezegging waaraan Texel Academy gebonden is of waarvoor zij aansprakelijk zou zijn. Overigens heeft [gedaagde] door ondertekening van de arbeidsovereenkomst zonder voorbehoud ingestemd met het loon bij De Taveerne, en is ook onvoldoende betwist de stelling van Texel Academy dat de coronamaatregelen onvoorziene omstandigheden zijn, waardoor De Taveerne niet meer bereid was om het minimumloon van een 21-jarige te bieden.
4.7.
De conclusie is dat het verzet gegrond is. Het verstekvonnis kan dan ook niet in stand blijven. De oorspronkelijke vordering zal alsnog worden afgewezen.
4.8.
De door Texel Academy gevorderde verklaring voor recht zal wegens gebrek aan belang worden afgewezen.
4.9.
[gedaagde] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van zowel de verstek- als de verzetprocedure, met dien verstande dat de kosten van de verzetdagvaarding door Texel Academy zelf gedragen moeten worden. Daarbij wordt [gedaagde] ook veroordeeld tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Texel Academy worden gemaakt. De gevorderde rente over de proceskosten zal worden toegewezen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
verklaart het verzet gegrond en vernietigt het verstekvonnis van 26 januari 2022;
5.2.
wijst de oorspronkelijke vordering alsnog af;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Texel Academy worden vastgesteld op een bedrag van € 746,00 aan salaris van de gemachtigde van Texel Academy, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
5.4.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van € 124,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Texel Academy worden gemaakt, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.J. Jansen en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter