ECLI:NL:RBNHO:2022:7860
Rechtbank Noord-Holland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Ongegrond verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake kinderopvangtoeslag
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 2 september 2022 uitspraak gedaan op het verzet van de opposante tegen een eerdere uitspraak waarin haar beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de Belastingdienst/Toeslagen niet-ontvankelijk was verklaard. De opposante had verzet ingesteld omdat zij meende dat de ingebrekestelling die zij had ingediend niet ongeldig was, ondanks dat deze enkele dagen voor de wettelijke termijn was verzonden. De rechtbank oordeelde dat de ingebrekestelling prematuur was, aangezien de Belastingdienst/Toeslagen op het moment van de ingebrekestelling nog niet in gebreke was. De rechtbank benadrukte dat het niet mogelijk is om een bestuursorgaan op voorhand in gebreke te stellen en dat een te vroege ingebrekestelling leidt tot niet-ontvankelijkheid van het beroep. De rechtbank heeft de argumenten van de opposante, waaronder de erkenning van de Belastingdienst/Toeslagen dat zij in gebreke was, niet geaccepteerd. De rechtbank verklaarde het verzet ongegrond, waardoor de eerdere uitspraak in stand bleef. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.