Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 21 januari 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene had beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De zaak betreft een vermeende overtreding van een geslotenverklaring in beide richtingen. De gemachtigde van de betrokkene, Appjection B.V. vertegenwoordigd door M. Lagas, heeft tijdens de zitting op 14 januari 2022 de gronden van het beroep toegelicht.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat het schouwrapport van juli 2020 ontbreekt, waardoor niet kan worden vastgesteld of de bebording rond de pleegdatum in orde was. Dit leidt tot de conclusie dat niet conform het Beleidskader is gehandeld, en dat de gedraging niet kan worden vastgesteld. De kantonrechter verklaart het beroep gegrond en vernietigt zowel de beslissing van de officier van justitie als de beschikking waarbij de boete is opgelegd. Tevens wordt de officier van justitie veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten, die in totaal € 1.029,50 bedragen.
De uitspraak is openbaar gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt. De griffier heeft de procedure verder toegelicht, inclusief de vereisten voor het indienen van een beroepschrift.