Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 juli 2022 op het verzet van
[opposant] (hierna: [opposant] ), opposant.
Procesverloop
.[opposant] is ter zitting verschenen. Namens het CBR is mr. J.A. Launspach verschenen.
Overwegingen
28 maart 2022. Het verzetschrift is ontvangen op 29 maart 2022. Het verzet is niet ingediend binnen zes weken na de dag waarop de uitspraak is bekendgemaakt.
.De rechtbank oordeelt als volgt. De rechtbank kan zich voorstellen dat bij ziekte zaken blijven liggen, zeker gezien de omstandigheden waarin [opposant] in verkeerde. Onder zeer bijzondere omstandigheden kan overschrijding van de termijn om verzuim te herstellen zonder consequenties blijven, maar dan moet aannemelijk worden gemaakt dat [opposant] gedurende de gehele termijn ook daadwerkelijk niet in staat was het verzuim te herstellen in (of te laten herstellen). Hetgeen door [opposant] in dit verband is aangevoerd is onvoldoende om die conclusie te rechtvaardigen. Het staat de rechtbank niet vrij om uit coulance van wettelijke termijnen af te wijken. Daarmee komt de duidelijkheid en dus ook de rechtszekerheid over door de rechtbank gestelde fatale termijnen te veel in het geding.
Beslissing
N. Joacim, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op