In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 29 juni 2022 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen PLFOD Property Investments 2 Ltd. en [gedaagde] B.V. De kern van de zaak betreft de vraag of er een geldlening is gesloten tussen PLFOD en [gedaagde]. PLFOD stelt dat zij een geldlening van € 696.851,61 heeft verstrekt aan [gedaagde] voor de aankoop van een pand, terwijl [gedaagde] dit betwist en aanvoert dat het gaat om een agiostorting. De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende bewijs is dat de geldlening is verstrekt, onder andere door de betaling van rente door [gedaagde] en de communicatie tussen de partijen. De rechtbank oordeelt dat de overeenkomst van geldlening geldig is en dat [gedaagde] verplicht is het bedrag terug te betalen, vermeerderd met rente. De rechtbank heeft de vordering van PLFOD toegewezen en [gedaagde] veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, met inachtneming van de wettelijke rente en proceskosten.