In deze bodemzaak heeft AirHelp Limited, gevestigd in Hong Kong, een vordering ingesteld tegen Easyjet Airline Company Limited, gevestigd in Luton, Verenigd Koninkrijk, wegens compensatie na de annulering van een vlucht van Milaan naar Amsterdam op 20 juli 2019. De kantonrechter heeft op 15 juni 2022 uitspraak gedaan in deze zaak. AirHelp vorderde een schadevergoeding van € 250,00, vermeerderd met wettelijke rente, op basis van de Verordening (EG) nr. 261/2004, die gemeenschappelijke regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annuleringen en vertragingen. De vervoerder, Easyjet, betwistte de vordering en voerde aan dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk dat de bemanning uit de uren was getreden door eerdere vertragingen en dat er geen vervangend personeel beschikbaar was.
De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder onvoldoende had aangetoond dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De rechter stelde vast dat de vlucht was geannuleerd en dat de vervoerder niet kon aantonen dat de annulering niet kon worden voorkomen, ondanks het treffen van redelijke maatregelen. De kantonrechter wees de vordering van AirHelp toe en veroordeelde Easyjet tot betaling van € 250,00, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.