ECLI:NL:RBNHO:2022:5683
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil tussen Supportersvereniging AZ Alkmaar en [gedaagde] over beëindiging huurovereenkomst en ontruiming
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 6 juli 2022 uitspraak gedaan in een huurgeschil tussen de Supportersvereniging AZ Alkmaar en [gedaagde]. De vereniging heeft een vordering ingesteld tot beëindiging van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde, dat een ruimte in het AZ-stadion betreft. De huurovereenkomst was op 22 april 2017 gesloten voor een periode van vijf jaar, met een mogelijkheid tot verlenging. De vereniging heeft de overeenkomst opgezegd per 9 april 2022, maar [gedaagde] heeft deze opzegging betwist en een tegenvordering ingediend tot verlenging van de ontruimingstermijn.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de huurovereenkomst niet kan worden gekwalificeerd als een eerste huurtermijn van vijf jaar, omdat er al eerder een overeenkomst tussen partijen bestond. De rechter heeft geoordeeld dat de belangen van de vereniging bij beëindiging van de huurovereenkomst zwaarder wegen dan die van [gedaagde]. De kantonrechter heeft de vordering van de vereniging toegewezen en bepaald dat de huurovereenkomst eindigt op 1 augustus 2022, met de verplichting voor [gedaagde] om het gehuurde voor die datum te ontruimen. De gevorderde machtiging tot gedwongen ontruiming is niet toegewezen, en de proceskosten zijn voor iedere partij om eigen rekening.