In deze bodemzaak hebben de passagiers, vertegenwoordigd door Yource B.V., een vordering ingesteld tegen de vervoerder Turk Havayollari A.O. (Turkish Airlines) wegens compensatie voor vertraging van hun vlucht van Amsterdam-Schiphol naar Phuket via Istanboel op 6 en 7 mei 2019. De passagiers claimen compensatie op basis van de Verordening (EG) nr. 261/2004, omdat zij met meer dan tien uur vertraging op hun eindbestemming zijn aangekomen. De vervoerder heeft de vordering betwist en aangevoerd dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk slotrestricties opgelegd door de luchtverkeersleiding.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur zijn aangekomen, wat in beginsel recht geeft op compensatie. Echter, de vervoerder heeft aangetoond dat de vertraging het gevolg was van omstandigheden die niet konden worden voorkomen, ondanks het nemen van redelijke maatregelen. De kantonrechter oordeelt dat de vervoerder niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de slotrestricties en dat deze omstandigheden niet inherent zijn aan de normale bedrijfsvoering van de luchtvaartmaatschappij.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van de passagiers afgewezen en hen veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is uitgesproken door mr. S.N. Schipper op de openbare terechtzitting van 8 juni 2022.