ECLI:NL:RBNHO:2022:4597

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 mei 2022
Publicatiedatum
25 mei 2022
Zaaknummer
9715407
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Non-conformiteit bij de koop van een tweedehands auto en onderzoeksplicht van de koper

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 25 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een koper van een tweedehands auto en de verkoper. De koper, aangeduid als [eiseres], had in september 2021 een Renault Megane gekocht voor € 2.950,00. Na de aankoop meldde [eiseres] verschillende gebreken aan de auto, waaronder kapotte knipperlichten en remlichten, en stelde de verkoper in gebreke. De verkoper, aangeduid als [gedaagden], betwistte de gebreken en stelde dat de koper haar onderzoeksplicht had geschonden door geen nader onderzoek naar de staat van de auto te laten uitvoeren voor de koop.

De kantonrechter oordeelde dat de koper zich niet kon beroepen op non-conformiteit, omdat zij bij de aankoop van de auto had moeten rekening houden met de hoge leeftijd en kilometerstand van het voertuig. De rechter benadrukte dat een koper van een tweedehands auto niet zonder meer mag verwachten dat deze vrij is van gebreken. De kantonrechter concludeerde dat de koper haar onderzoeksplicht had geschonden en dat eventuele gebreken voor haar rekening en risico kwamen. Daarom werden de vorderingen van [eiseres] afgewezen en werd zij veroordeeld tot betaling van de proceskosten.

De uitspraak onderstreept het belang van de onderzoeksplicht van de koper bij de aankoop van tweedehands goederen en de beperkingen van de verwachtingen die een koper mag hebben over de staat van een gebruikt voertuig.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 9715407 \ CV EXPL 22-1083 IL
Uitspraakdatum: 25 mei 2022 (bij vervroeging)
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
[eiseres]
wonende te [woonplaats 1]
eiseres
verder te noemen: [eiseres]
gemachtigde: mr. S. Yadegari
(toevoeging: 4OZ0196)
tegen
1. de vennootschap onder firma
[gedaagde 1] V.O.F.
gevestigd te [vestigingsplaats]
2.
[gedaagde 2]
wonende te [woonplaats 2]
3
. [gedaagde 3]
wonende te [woonplaats 2]
gedaagden
verder gezamenlijk te noemen (in enkelvoud): [gedaagden]
procederend in persoon.
De zaak in het kort
Deze zaak gaat om de vraag of de koper van een tweedehands auto zich erop kan beroepen dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt (non-conformiteit). De kantonrechter oordeelt dat dit niet het geval is, omdat de koper bij de aankoop van de auto haar onderzoeksplicht heeft geschonden. Eventuele gebreken aan de auto komen daarom voor rekening en risico van de koper. De verkoper hoeft de gebreken niet te repareren en geen schade aan de koper te vergoeden.

1.Het procesverloop

1.1.
[eiseres] heeft bij dagvaarding van 21 februari 2022 een vordering tegen [gedaagden] ingesteld. [gedaagden] heeft mondeling geantwoord.
1.2.
Op 3 mei 2022 heeft een zitting plaatsgevonden. [eiseres] is niet verschenen; haar gemachtigde wel. [gedaagden] is verschenen bij haar vennoten [gedaagde 2] en [gedaagde 3] . De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. De gemachtigde van [eiseres] heeft gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd. Voorafgaand aan de zitting heeft [gedaagden] op 13 april 2022 nog stukken ingediend. [eiseres] heeft op 22 april 2022 nog stukken ingediend.
1.3.
De kantonrechter heeft de behandeling van de zaak op de zitting aangehouden in verband met schikkingsonderhandelingen tussen partijen, tot 11 mei 2022.
1.4.
Op 11 mei 2022 heeft de gemachtigde van [eiseres] aan de rechtbank bericht (met een kopie aan [gedaagden] ) dat ze een vonnis wenst.

2.De feiten

2.1.
[eiseres] heeft in september 2021 een tweedehands auto van [gedaagden] gekocht voor € 2.950,00. Het gaat om een Renault Megane met bouwjaar 2006 en een kilometerstand van 162.807 ten tijde van de koop. [eiseres] heeft voor de koop een proefrit met de auto gemaakt.
2.2.
Op de koopovereenkomst staat dat de auto wordt afgeleverd met nieuwe APK en de ruitmechaniek achter en distributieriem worden vernieuwd. Er staat ook: “
er wordt gekeken naar de remmen en waar nodig vernieuwd”.
2.3.
Op 9 september 2021 heeft [gedaagden] een kleine beurt uitgevoerd aan de auto en de distributieriem en nokkenas versteller vervangen. Ook heeft [gedaagden] gekeken naar de remmen. Daarbij zijn geen bijzonderheden geconstateerd.
2.4.
De auto is op 10 september 2021 APK goedgekeurd door [gedaagden] en diezelfde dag aan [eiseres] geleverd.
2.5.
In november 2021 heeft [eiseres] de auto bij [gedaagden] gebracht in verband met een probleem aan de automaat. [gedaagden] heeft de elektrokleppen van de automaat vervangen. [eiseres] heeft daarvoor € 343,56 betaald.
2.6.
In een brief van 28 januari 2022 heeft [eiseres] [gedaagden] in gebreke gesteld, omdat de auto drie gebreken heeft en deze de verkeersveiligheid aantasten. Het gaat om kapotte knipperlichten en remlichten, een piep bij het remmen en een motor die na vervanging hetzelfde doet als voor de vervanging. In de brief verzoekt [eiseres] [gedaagden] om de auto binnen twee weken kosteloos op te halen en te herstellen en vervangend vervoer te regelen.
2.7.
Op 31 januari 2022 heeft [gedaagden] aan [eiseres] gemaild dat zij in overleg met de Bovag heeft besloten dat ze de auto zal repareren en de kosten zal dragen, maar niet verplicht is de auto op te halen en vervangend vervoer te regelen. In de e-mail stelt [gedaagden] [eiseres] in de gelegenheid om een afspraak te maken.
2.8.
In de e-mail van 2 februari 2022 10:18 uur heeft [gedaagden] dat standpunt herhaald. In die e-mail staat ook dat er geen sprake is van non conformiteit omdat het voertuig op het moment van aflevering deze gebreken niet vertoonde, het geen verborgen gebreken zijn omdat de auto voor het gebrek goed functioneerde en dat het niet vreemd is dat een auto van deze leeftijd en met deze kilometerstand een klein gebrek kan krijgen.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] heeft in de dagvaarding een aantal vorderingen ingesteld (A tot en met Q). Deze houden – kort samengevat voor zover relevant – in dat [eiseres] vordert dat de kantonrechter de koopovereenkomst ontbindt en [gedaagden] veroordeelt tot (terug)betaling van de koopprijs (€ 2.950,00), een schadevergoeding (€ 1.710,42), de buitengerechtelijke incassokosten (€ 560,28), de kosten van de ingebrekestelling (€ 4,10) en een dwangsom van € 500,00 per dag dat [gedaagden] de auto niet ophaalt en/of geen vrijwaringsbewijs verschaft, met de wettelijke rente vanaf de aankoopdatum en de proceskosten. Subsidiair vordert [eiseres] herstel van de gebreken door een derde en verwijzing naar de schadestaat, en meer subsidiair nakoming van de koopovereenkomst door [gedaagden] . [eiseres] heeft haar eis daarna vermeerderd met € 698,00 en de wettelijke rente.
3.2.
[eiseres] legt - kort gezegd - aan de vorderingen ten grondslag dat de auto gebrekkig is en zij de gebreken niet hoeft te verwachten van deze auto. [gedaagden] heeft nagelaten tot herstel of vervanging over te gaan en is daarom tekortgeschoten in de nakoming van de koopovereenkomst. [eiseres] is dus bevoegd de koopovereenkomst te ontbinden. Ook heeft ze recht op schadevergoeding.
3.3.
[gedaagden] betwist dat sprake is van ernstige gebreken die ontbinding van de koopovereenkomst rechtvaardigen. Het gaat om kleine gebreken die zij wil oplossen, zoals ze al eerder heeft aangeboden. Bovendien heeft [eiseres] na de koop nog 5.000 km met de auto gereden in twee maanden tijd.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter moet de vraag beantwoorden of [eiseres] zich erop kan beroepen dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt (non-conformiteit). Het antwoord op deze vraag is: nee. De kantonrechter zal dat hierna toelichten.
4.2.
De kantonrechter stelt voorop dat de overeenkomst tussen partijen een consumentenkoop betreft. [eiseres] heeft de auto namelijk als natuurlijk persoon gekocht en [gedaagden] heeft gehandeld in het kader van haar bedrijfsactiviteit.
4.3.
[eiseres] stelt dat de auto verschillende gebreken heeft. [gedaagden] betwist dat, met uitzondering van het probleem met de linker richtingaanwijzer van de auto. Dit probleem is zichtbaar in het door [eiseres] opgestuurde filmpje (na het aanzetten van de linker richtingaanwijzer knipperen het rechter knipperlicht aan de voorzijde, de achterlichten en het derde remlicht).
4.4.
De kantonrechter laat in het midden of de auto alle door [eiseres] genoemde gebreken vertoont. Ook als dat zo is, wat dus niet vaststaat, betekent dit niet dat er sprake is van non-conformiteit. In dit verband is van belang wat [eiseres] mocht verwachten op basis van de overeenkomst. Een koper mag alleen die eigenschappen verwachten waarvan hij de aanwezigheid niet behoeft te betwijfelen. [1] Als hij twijfelt, of moet twijfelen, moet hij de verkoper vragen stellen of zelf onderzoek (door een derde laten) verrichten. Of, en in hoeverre, de koper een onderzoeksplicht heeft, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval.
4.5.
In deze zaak gaat het om de koop van een ruim 15 jaar oude, tweedehands auto met een hoge kilometerstand voor € 2.950,-. Bij de koop was bekend dat de auto een aantal mankementen had (de ruitmechaniek, de distributieriem en mogelijk de remmen). Afgesproken is dat [gedaagden] deze zou verhelpen (wat ze ook heeft gedaan). [eiseres] heeft niet gesteld of onderbouwd dat de huidige gebreken verband houden met deze mankementen. De kantonrechter gaat er dan ook vanuit dat de gebreken waar het nu om gaat, andere gebreken betreft.
4.6.
Aan een koop als deze kunnen op zichzelf niet al te hoge kwaliteitseisen worden gesteld. Een auto is namelijk bij normaal gebruik aan slijtage onderhevig en in het algemeen geldt dat de kans dat gebreken gaan optreden, groter wordt hoe ouder de auto is. Dat gegeven is verdisconteerd in de koopprijs van de tweedehands auto, die meestal lager is dan die van een nieuwe auto. De koper van een tweedehands auto moet er daarom in het algemeen rekening mee houden dat de auto eerder gebreken zal vertonen dan een nieuwe auto. Gelet op de aard van de zaak, de hoge leeftijd van de auto, de hoge kilometerstand en de lage koopprijs mocht [eiseres] niet - zonder meer - verwachten dat de auto vrij zou zijn/blijven van gebreken of geen reparatie nodig zou hebben. Als [eiseres] het risico op gebreken had willen verminderen, had zij een nader (technisch) onderzoek naar de staat van de auto moeten (laten) uitvoeren, vóór de koop. Omdat [eiseres] dat heeft nagelaten, komen de eventuele gebreken aan de auto op zichzelf voor haar rekening en risico.
4.7.
[eiseres] stelt dat er geen bewijs is dat de gebreken ten tijde van de koop niet aanwezig waren en ze daarover niet is geïnformeerd door [gedaagden] . De kantonrechter kan haar niet in deze (vage) stelling volgen. Uit niets blijkt dat [gedaagden] ten tijde van de koop bekend was of behoorde te zijn met de door [eiseres] genoemde gebreken, of daarover verkeerde mededelingen heeft gedaan.
4.8.
De conclusie is dat - als sprake zou zijn van (een van) de door [eiseres] genoemde gebreken - haar geen beroep op non-conformiteit toekomt, omdat zij haar onderzoeksplicht heeft geschonden. Daarmee is de grond voor de (alle) vorderingen van [eiseres] komen te vervallen.
4.9.
De kantonrechter zal de vorderingen van [eiseres] daarom afwijzen.
4.10.
In de brief van de gemachtigde van [eiseres] van 11 mei 2022 staat dat [gedaagden] de auto na de zitting heeft opgehaald en vervangend vervoer voor [eiseres] heeft achtergelaten en vervolgens niets meer van zich heeft laten horen. Omdat [eiseres] haar vordering niet heeft gewijzigd, kan de kantonrechter geen uitspraak doen over deze nieuwe situatie.
4.11.
De proceskosten komen voor rekening van [eiseres] , omdat zij ongelijk krijgt. De kantonrechter zal de kosten van [gedaagden] begroten op nul. Zij procedeert in persoon en heeft niet gesteld dat zij kosten heeft gemaakt.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt [eiseres] tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor [gedaagden] worden vastgesteld op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.H. Lips en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Artikel 7:17 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW)